Tuintips voor makkelijk onderhoud

Een tuin aanleggen is nog niet zo makkelijk. De meeste mensen willen niet dagelijks in de tuin werken. Daarom moet een tuin zo worden aangelegd dat hij onderhoudsarm is. De tuin betegelen over er kiezelstenen in gooien is al te makkelijk. Je wilt eigenlijk ook een gezellige, mooie tuin. Het liefst met bloemen want wie houdt er nu niet van vrolijk gekleurde, heerlijk geurende bloemen? In dit artikel lees je over hoe je een tuin kan creëren waar je plezier van hebt, zonder dat je te vaak in de weer moet. Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.

Inhoudsopgave:

• Hoge en lage planten
• Vaste planten
• Klimplanten
• Bodembedekkers
• Toch eenjarige planten
• Houd rekening met de ligging
• Tuindagen
• Stek zelf
• De hakselaar
• De houtwal
• Eetbare delen

Hoge en lage planten

Een zeer algemene tip is dat je de hoge planten aan de buitenkant van de tuin zet, de middelhoge een stapje naar binnen en de laagste planten vooraan. Zo creëer je diepte in de tuin en oogt de tuin groter. Daarom is het ook goed om achteraan in de tuin wat hogere bomen neer te zetten. Bovendien zorgt de hogere buitenkantbegroeiing voor een natuurlijke afscheiding wat privacy geeft en geluid tegenhoudt.

Vaste planten

Ten eerste is het belangrijk om voor vaste planten te kiezen. Veel mooie planten zijn eenjarige planten. Daar heeft u dus maar een jaar plezier van. Vaste planten hebben minder omkijk nodig maar ze moeten wel gesnoeid worden. Anders dan worden ze te groot. Het snoeien gebeurt echter maar eens in het jaar of eens in de twee jaar. Daarom is het goed om een hoog aantal vaste planten in de tuin te hebben.

Klimplanten

Klimplanten groeien eigenlijk niet in de tuin maar tegen een muur op. Dat maakt de overgang tussen huis en tuin heel geleidelijk. Wanneer u een geveltuin heeft of een balkontuin, dan kan een klimop een prachtige uitkomst bieden. Je kunt ervoor kiezen om klimplanten tegen een muur of schutting te laten groeien. Er zijn bloeiende en niet bloeiende klimplanten. De passiebloem is een mooie klimplant die veel bijzonder exotische bloemen geeft. Helaas kan het zo zijn dat door een strenge winter de passiebloem kapot gaat. Toch kan hij het zomaar tien jaar volhouden. Een meer stevige bloeiende klimplant is de roos. Deze heeft als extra voordeel dat hij langer bloeit en groen blijft in de winter. Een andere klimplant is de klimop. Zijn bladeren zijn mooi maar de meeste soorten bloeien niet of weinig. Toch kan een met klimop begroeid huis heel mooi zijn. Het levert een klassiek plaatje op.

Bodembedekkers

Schoffelen, harken en scheppen in de aarde, daar zit niet iedereen op te wachten. Daarom kunt u kiezen voor een bodembedekkende plant. Een bruidsluier is een mooie, bloeiende bodembedekker. Ook de klimop kan als bodembedekker ingezet worden. Als u een nieuwe planten heeft kunt u een klein stukje van de bodembedekkende plant weglaten en de nieuwe plant erbij planten. Er zijn allerlei decoratieve grassen die de bodem mooi bedekken. Ze kunnen soms wel hoog worden, maar als het erom gaat dat de bodem wordt bedekt zodat er geen ander ongewenst onkruid komt is dit een effectief middel. Vrouwenmantel is een mooie bodembedekkende plant door zijn breedvormige bladeren. Op de bladeren liggen vaak druppels. Het kan een genot voor het oog zijn. Een bodembedekker voor een schaduwrijk plekje in de tuin is hondsdraf.

Toch eenjarige planten

Eenjarige planten dienen elk jaar opnieuw gepot te worden. Maar er zijn planten die het heel goed doen, een jaar lang. Het vlijtig Liesje bloeit zolang hij leeft. Eind november is het te koud voor dit van oorsprong tropische plantje. Maar in een half jaar kan hij zeer snel groeien. Je koopt bij een tuincentrum vaak 10 plantjes in een tray. Dat is genoeg om twee vierkante meter mee te bedekken. Vlijtige Liesjes zijn ook prima als geveltuin in de schaduw.

Houd rekening met de ligging

Als je een tuin op het zuiden hebt moet je deze anders inrichten dan als je een tuin op het noorden hebt. Dat heeft met de zon te maken. Een tuin op het noorden krijgt niet veel zon. Daar groeien varens en Vlijtige Liesjes goed. Maar op het zuiden groeien weer planten die in de volle zon kunnen staan. In elke tuincentrum staat op de label of de plant geschikt is voor de volle zon. Uiteraard zijn er allerlei tuincentra online met deze informatie.

Tuindagen

Zorg dat u tuindagen plant in uw agenda. Kies ervoor om eens in de 4 tot 6 weken in de tuin te werken op een vaste dag. In de praktijk werken veel mensen op zaterdag in de tuin. In de lente zul je meer te doen hebben dan in de zomer. In de lente moet de tuin een soort grote beurt ondergaan. Je moet eenjarige planten kiezen en bomen en struiken snoeien. Bollen kunnen geplant worden en eventueel kunnen stekjes worden uitgezet. In de zomer is het slechts bijhouden. In de herfst moet de tuin winterklaar worden gemaakt. Dat houdt in dat er gesnoeid kan worden en dat dood materiaal in de hakselaar, op de composthoop of in de houtwal kan. Natuurlijk kun je het ook meegeven aan de vuilnisman.

Stek zelf

Planten zijn erg duur. Wanneer u bijvoorbeeld een buxushaag wilt kopen dan bent u een fortuin kwijt. Daarom is het goed om te weten dat stekken heel eenvoudig is. Een buxus stek je gewoon door een takje van 20 cm met jonge blaadjes af te knippen en in een potje aarde op de grond te zetten. Een paar maanden later zullen er wortels aan verschijnen. Het volgend jaar kunt u de buxus planten. Wanneer je dus een buxus snoeit, kun je de takjes bewaren in een pot als stek. Check daarom eerst of u een plant kan stekken want meestal is dat geen probleem. Om het stekken te vergemakkelijken is er wortelpoeder te koop in tuincentra.

De hakselaar

Tuinafval is altijd vervelend om aan te bieden aan het vuilnis. Het is ook iets tegennatuurlijks. Overal in de natuur vallen takken op de grond en wordt dit tot voedsel van andere planten en bomen. Waarom zouden takken en bladeren dan opgehaald moeten worden? In de tuin kunnen we takken en bladeren als bodembedekker gebruiken. In veel plantsoenen van gemeentes ligt houtstrooisel op de aarde. Dat is een natuurlijke meststof voor de planten en het voorkomt de vorming van allerlei zogenaamd onkruid. Dat kunt u ook in uw eigen tuin doen. Hiervoor heeft u een hakselaar nodig. De hakselaar versnippert het tuinafval in mum van tijd. Het lijkt misschien een hele uitgaaf maar het bespaart op de duur het kopen van mest en tuinaarde om de tuin op te hogen. Je voorkomt dat je teveel moet sjouwen met tuinaarde, en je hoeft het tuinafval niet naar de straatkant te brengen.

De houtwal

In plaats van hout te hakselen kun je ook een houtwal maken. Een houtwal is eenvoudig zelf te maken. Je kunt palen tegenover elkaar in de grond slaan, om de meter. Je kunt de houtwal zo lang maken als je zelf wilt. Vervolgens leg je al het snoeihout tussen de palen. Het stapelt zich vanzelf op. Door het gewicht zakt het ook weer in en wordt het een compact geheel. Een houtwal heeft ook een geluidsdempende eigenschap. Je kunt ook takken min of meer in elkaar vlechten. Zo krijg je een stevige structuur. Wanneer je veel bladeren en stro bovenop legt, kun je daar zelfs eenjarige plantjes laten groeien. Een houtwal heeft vaak een grote aantrekkingskracht op vogels.

Eetbare delen

Maak delen van de tuin eetbaar. Kies voor een vaste kruidentuin of vaste bloementuin door de roos of hortensia te planten.. Je kunt er een gewoonte van maken om je eten te verrijken met producten uit je eigen tuin. Of controleer of jouw bomen en struiken eetbare delen hebben. Als je een eik in de tuin hebt staan dan kun je in het voorjaar de jonge blaadjes eten door ze in de salade te doen. Je kunt ook eikenblaadjes drogen en er later groene thee van maken. Zo zijn er legio voorbeelden te geven van eetbare delen van planten en bomen. Het grote voordeel van elke dag even in de tuin zijn om wat te plukken is dat je precies weet wat er gebeurt in de tuin. Een andere manier om uit de tuin te plukken is het planten van een fruitboom en het aanleggen van een kleine, vaste kruidentuin. Het is voor het hele gezin leuk om tomaten, aardbeien of andere groente uit eigen tuin te eten. Allerlei dieren, met name slakken houden ook erg van groente en fruit. Daarom is het verstandig om deze planten niet in de volle grond te zetten maar in een hangpot waar ze moeilijker bij kunnen. Je kunt deze aan een schutting of afdakje hangen. Over het algemeen kruipen slakken niet over dunne touwtjes. Let er wel op dat je aarde gebruikt waar geen slakkeneieren in zitten. Voor dit doel kun je de aarde zeven. Slakkeneieren zijn te herkennen als kleine glazige bolletjes.

Lees verder

• 10 tips voor balkonplanten
• Hortensia, een gewilde sierplant
• Potplanten in de winter
• De vaste kruidentuin