Ecologisch tuinieren - de handleiding

In een ecologische tuin heb je beduidend minder werk, minder afval en veel extra kijkplezier. Door kunstmest en chemicaliën te bannen, groeit je tuin naar een natuurlijk evenwicht.

De juiste plek

De juiste plant op de juiste plek groeit beter, is gezonder en behoeft geen extra water. Rododendrons bijvoorbeeld zet je in zuurminnende grond, zonnekloppers op het zuiden en schaduwplanten in donkere hoekjes. Voorzie voldoende plaats voor elke plant, zo hoef je amper te snoeien. Plant je een groep heesters, zet er dan een strook bodembedekkende planten langs om het onkruid te weren. Hou lege plekken bedekt met een laag grasmaaisel, houtsnippers of compost. Kies voor een gemengde haag met streekeigen groen; planten die in combinatie staan, zijn minder vatbaar voor ziektes en trekken meer nuttige dieren aan.

Lang leve compost

Compost is het toverwoord van de ecologische tuin. Je gebruikt hem in de moestuin, tussen je bloemen, als oppepper voor je gazon en in je bloembakken. Compost maakt kleigrond lichter en houdt het water in zandgrond langer vast. Hij activeert het bodemleven en maakt de grond luchtiger, waardoor planten makkelijker groeien. In een tuin kleiner dan 250 m2 werk je het best met een compostvat; in een grotere tuin past een compostbak. Het geheim van succesvol composteren zit hem in de mengeling van ‘bruin’ (houtsnippers, takjes, droge stengels, bladeren) en ‘groen’ materiaal (vers grasmaaisel, plantenresten en keukenafval). Verlucht regelmatig; hoe meer lucht en hoe evenwichtiger de mengeling, des te sneller rijpt je compost.

Een gazon betekent bergen groenafval en uren werk. Vervang je klassieke grasmaaier door een mulch- of robotmaaier. Die malen het gras fijn en strooien het ter plaatse uit.

Ga ongedierte te lijf

Zolang insecten in kleine aantallen in de tuin leven, zijn er altijd wel voldoende natuurlijke vijanden om de schade te beperken. Merels, lijsters, egels en padden zijn dol op slakken; lieveheersbeestjes, spinnen, koolmeesjes en solitaire wespen smullen van bladluizen. Is de plaag te groot, schakel dan over naar milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen: biologische slakkenkorrels (die veilig zijn voor egels, padden en vogels) en insectenbestrijders op basis van koolzaad of pyrethrum.

Maak komaf met lastig onkruid

Hardnekkig onkruid zoals akkerwinde, zevenblad of heermoes geraak je alleen kwijt door de hele plant uit te graven en alle wortels minutieus te verwijderen. Let op, één wortelrestje volstaat om de plant weer aan de groei te krijgen. Zelfs tegen het meest hardnekkige onkruid kan je de strijd winnen, zolang je maar volhoudt (en geduld hebt). Heb je dat niet, dan zijn er biologische onkruidbestrijders die bij het minste contact het onkruid geel kleuren. Weet dat alle andere producten, met name systematische en selectieve onkruidbestrijders (voor gazon) en totale onkruidbestrijders met nawerking, residuen in je tuin achterlaten. Probeer ze te vermijden.

Lees verder

• Droomtuin - De 66 gouden tips
• Kruidenteelt: Kappertjes - Basilicum - Laurier - Anijs
• Kruidenteelt: Kervel - Bieslook - Koriander - Dille
• Kruidenteelt: Tijm - Dragon - Salie - Bonenkruid
• Kruidenteelt: Peterselie - Rozemarijn - Oregano - Mosterd