Kweekbakken voor kweken van groenten, bloemen en planten
Zelf groenten, bloemen en planten kweken is vooral leuk. Wie weinig ervaring heeft komt nog niet tot grote resultaten maar het plezier is er niet minder om. Al doende leert men geldt ook hierbij. Helaas kan zo’n leerproces maar gedurende een betrekkelijk korte periode omdat succesvol kweken van de meeste groenten, bloemen en planten afhankelijk is van groeiweer. Afhankelijk van de soort kweekbak die gebruikt wordt loopt die periode ongeveer van maart tot en met juni. Maar na het kweken komt een tijd van oogsten die soms tot de herfst kan duren. Overigens bestaan er ook kweekbakken met verwarming en die bieden het hele jaar door mogelijkheden.
Groenten, bloemen en planten kweken
Een kweekbak is vooral geschikt om
groenten,
bloemen en planten te kweken. Ze zijn verkrijgbaar in allerlei soorten en maten en zowel met als zonder verwarming. Een kweekbak is een bak die speciaal vorm is gegeven om zaden in op te kweken tot kleine plantjes die daarna worden uitgeplant. De bak wordt door zijn positieve eigenschappen vooral gebruikt om die zaden snel te kunnen laten ontkiemen en de gewassen daarna snel te laten opgroeien. Door de hoge temperatuur in de bak worden die processen gunstig beïnvloed en wordt het kweeksucces vergroot.
Kweekbakken in soorten
De bodem van de kweekbak is diep genoeg om voldoende zand te kunnen dragen voor het kweken. In veel gevallen is dat slechts een aantal centimeters tot enkele decimeters. Kweekbakken hoeven niet perse groot te zijn. Er zijn er al die op een vensterbank passen en kunnen dan eventueel een plek in de
keuken krijgen. Gezellig toch om iets dichtbij te zien opgroeien? Ook is er dan een goede controle mogelijk of alles wel goed gaat.
Zaaiperiode
De beste periode om te zaaien in kassen zonder speciale voorzieningen is het voorjaar tot de zomer. Met kweekkassen met speciale voorzieningen, zoals de mogelijkheid tot verwarming, kan het kweekseizoen worden verlengd en kan zelfs in de winter nog worden gezaaid.
Zaaien en verpotten
De meeste soorten zaadjes moeten minimaal een centimeter uit elkaar liggen. Pas dan hebben ze voldoende ruimte om te ontkiemen en kan de kiem zich ontwikkelen tot een klein plantje. Voorkom uitdroging door voldoende water. De plantjes mogen pas verpot worden als ze groot en sterk genoeg zijn anders redden ze het niet. Het verpotten van de plantjes mag daarom niet te vroeg gebeuren. Ze moeten immers weer op een andere plaatst kunnen doorgroeien. Een vuistregel hierbij is dat een plantje ongeveer vijf centimeter hoog moet zijn maar dit is uiteraard ook afhankelijk van het soort plantje.
Niet te diep
Kleine zaadsoorten worden minder diep gezaaid dan grote zaden. Sommige zaden, zogenaamde lichtkiemers, moeten erg oppervlakkig worden gezaaid. Als zaadjes te diep in de grond worden gezaaid kan het lang duren voordat ze opkomen. Fijne zaadjes kunnen beter voor het zaaien eerst worden vermengd met droog zand waardoor ze beter over de grond kunnen worden verdeeld.
Speciaal soort kweekbak
Een speciaal soort kweekkas heeft geen bodem en bestaat uit een aan twee zijden aflopende bak met een licht doorlatend deksel. De zijden van die bak zijn dan bijvoorbeeld gemaakt van dubbelwandige kunststofplaten van polycarbonaat met een dikte van zestien millimeter. Deze zorgen voor een isolerend effect. Voor extra isolatie kan eventueel noppenfolie worden gebruikt. Het deksel van een dergelijke bak kan bestaan uit veiligheidsglas van minimaal vier millimeter. Door de schuin aflopende zijden kan het deksel goed licht opvangen.
Plaats van de kweekbak
Het is beter om een kweekbak op een zonnige plaats te zetten, bij voorkeur met de schuin aflopende zijden naar het zuiden. Op die manier kan zoveel mogelijk licht worden opgevangen. Wel moet daarbij worden opgelet dat er door bebouwing of struiken en bomen geen schaduw op de bak wordt geworpen of dat dit zo min mogelijk voorkomt.
Spreekwoorden en gezegden
Zoals over zoveel onderwerpen bestaan er ook met betrekking tot zaaien en oogsten
spreekwoorden en gezegden zoals enkelen:
- Iets valt al dan niet in goede aarde. (Door de ontvanger goed ontvangen worden.)
- Wie wind zaait zal storm oogsten. (Wie kwaad doet zal daar uiteindelijk zelf de dupe van worden.)
- Het is dun gezaaid. (Het is zeldzaam.)
- Wie maaien wil moet eerst zaaien. (Je moet er iets voor doen, als je wat wilt krijgen.)
- Zoals men zaait zo zal men oogsten. (Je krijgt loon naar werken.)