Kievitsbloem - keizerskroon, kabouters dobbelbeker
Het zijn wonderschone bloemen met een decor dat je niet van bloemen kent: een dambordpatroon. Daarbij is het een bloem die zeldzaam is en onderwerp is in een prachtige legende. De kievitsbloem met zijn knikkende kelk is iets bijzonders. Het is een zeldzame soort die op de Rode lijst staat van bedreigde soorten. De plant is wettelijk beschermd. Pas na jaren komt de eerste bloem en die is dan meteen ook prachtig. Het was de eerste bloem die in Nederland beschermd werd. Wie hem in de tuin wil hebben kan hem tegenwoordig in gekweekte vorm in een tuincentrum kopen.
De plant met het hangende kopje
Kievitsbloem
De kievitsbloem heet met zijn botanische benaming
Fritillaria meleagris. Hij is familie van de lelies. Het bolgewas is in Nederland een zeldzaamheid geworden. De plant is wettelijk beschermd om uitsterving, zoals in België is gebeurd, te voorkomen. In gebieden waar hij voorkomt mag niet vaak gemaaid worden, om het blad de kans te geven af te sterven. De bollen kunnen dan weer op kracht komen en vermeerderen.
Zwaard - kandelaar - bloem
De plant komt in drie stadia voor. Allereerst in de
zwaardvorm (één blad) dat na 1 tot 3 jaar overgaat in de
kandelaarvorm (steel met meerdere bladeren) en pas na minimaal 7 jaren (als de condities goed zijn) komt de eerste
bloem. Elke bloeiende plant is dus minimaal 7 jaar oud. Bij slechte condities, geen overstromingen bijvoorbeeld, kan de plant terugkeren naar het kandelaar-stadium en zelfs naar het zwaard-stadium als het moet. Het duurt dan weer jaren voor hij bloeit. Er zijn planten bekend die 35 jaar oud zijn. De bloeitijd is half tot eind april. Koninginnedag (30 april) werd aangehouden als de dag dat de kievitsbloem over zijn hoogtepunt heen is.
Dambordpatroon
De bloem van de voorjaarsbloeier is doorgaans paars en soms wit. Het plantje is tenger met een lange stengel van ongeveer 30 centimeter met smalle blaadjes. Een paar maanden na de bloei sterven de blaadjes af. Het duurt jaren voordat de plant bloeit en we genieten van de prachtige bloem. De relatief grote zaden drijven op het water en verspreiden zich drijvend. Daarom is regelmatig hoog water in de uiterwaarden van belang voor de instandhouding van de soort. Meestal vermeerdert de plant zich echter via kleine bollen op de moederbol. Bijzonder aan de plant is het hangende bloemhoofd met het dambordpatroon.
Bron: Johan van der Wielen Generaties kunnen verschillende kleuren opleveren door kruisbestuiving. De kleur van de bloemen kan zijn:
- roodbruin;
- wit;
- geel;
- paars;
- roze;
- grijs;
- purper;
- bijna zwart.
Water
Er zijn een paar plekken in het land waar de kievitsbloem uitbundig bloeit en dat is langs de Vecht en het Zwarte Water in Zwolle. Bijna alle kievitsbloemen van Nederland staan op die plekken. Ze staan vooral daar waar het in de winter blank staat. Aanpassingen aan het waterpeil zijn de doodsteek voor de kievitsbloem. In ons land waar de waterbeheersing hoog georganiseerd is, stierf de plant al voor de Tweede Wereldoorlog op de meeste plaatsen uit. Bijna alle gebieden waar de plant nu groeit zijn afgesloten voor publiek.
Uitspitten
De bloem is prachtig en dat is tevens het zwakke punt van de plant. Veel te vaak werd een pol uitgestoken om te herplanten in eigen tuin. Op die manier verdween hij ook op verschillende plekken. Tegenwoordig is de plant in gekweekte vorm te koop in de tuincentra. Zowel de witte als de paarse variant tref je daar in de schappen.
Bolgewas
De kievitsbloem is een tere plant. Wil hij goed aanslaan dan moet de plant met rust gelaten worden. Pas dan is de kans groot dat hij zich uitbreidt. Kievitsbloemen worden zowel als bloeiende plant en als bol verkocht. Het planten van de bollen kan in oktober en november. Voor de bloei is een halfschaduwplek het beste.
Kabouter uit Afghanistan
Er bestaan 85 soorten winterharde bolgewassen die in de noordelijke gematigde streken als kievitsbloem in de natuur te vinden zijn op plaatsen waar water is. Oorspronkelijk komt de plant uit Afghanistan. Hij werd in 1575 meegenomen en via Constantinopel naar Wenen gebracht.
Reus en Keizerskroon
De familie omvat grote en kleine planten. De keizerskroon uit Azië is de grote variant, die ook wel de
reus wordt genoemd. De kievitsbloem is het kleintje en deze heet ook wel
kabouter. Er zijn soorten met verrassend mooie kleuren. In het wild kom je de kievitsbloem tegen in West-Europa, rond de Middellandse Zee, Azië, Turkije, Iran, Irak, Himalaya, China, Afghanistan en Noord-Amerika.
Dobbelbeker
De wetenschappelijke naam
Frittilaria komt van
fritillus oftewel
dobbelbeker. Die naam refereert aan de vorm van het klokje, dat als een bekertje op de kop hangt. De tekening doet aan de ogen van een dobbelsteen denken. Het tweede deel van de Latijnse naam,
Meleagris, komt van
Meleagros, koning van Kaludon uit de Griekse sage. Het betekent letterlijk
parelhoen. In Nederland noemen we het kievitsbloem, omdat het gesloten bloemetje op een kievitseitje lijkt. Bovendien bloeit de plant als de kieviten actief zijn, in april en mei. De kopjes hangen. Ze hebben een zwak steeltje en een relatief zware bloem, zodat die wiebelt bij het minste of geringste zuchtje wind. De kievistbloem lokt daarmee hommels. Een hommel ziet geen rood en groen. De paarse kleur van de bloem steekt af in het infrarode gebied ten opzichte van de omgeving. Een hommel ziet als het ware een veld met felafstekende lampjes die bewegen in de wind. Dat is dé manier waarop kievitsbloemen hommels lokken.
Lazarusbel
De
Fritillaria meleagris heeft verschillende benamingen:
- lazarusbel;
- lepralelie;
- kievitsbloem;
- Zwolse tulp.
Bron: Johan van der Wielen Legende en Tuin van Getsemaneh
De kievitsbloem en de keizerskroon spelen een rol in een legende. In de tijd dat Christus leefde en ook toen hij stierf was de keizerskroon de enige plant in de tuin van Getsemaneh die zijn bloemkelk niet boog. De zuiverwitte keizerskroon hief zijn bloemen trots omhoog. Een engel kwam speciaal uit de hemel naar de aarde om de keizerskroon een standje te geven. De bloem schaamde zich daarna zo, dat hij beschaamd zijn kopje liet hangen. Sinds die tijd heeft de familie, de keizerskroon zowel als de kievitsbloem, knikkende kelkjes en hangende klokjes.
Kievitsbloemen fotograferen
Voor kievitsbloemliefhebbers en natuurfotografen komen in de cursus
Kievitsbloemen fotograferen beide zaken op een fantastische manier samen. Fotograaf Johan van der Wielen, de man achter de foto's bij dit artikel, gaat er elk jaar in april met een groepje op uit, met de camera in de aanslag. Hij heeft speciale toestemming van de beheerder van het gebied. Deelnemers aan de cursus ondersteunen tevens Staatsbosbeheer, zodat het unieke gebied beheerd kan worden en behouden blijft.
- Fotograaf Johan van der Wielen
- E-mail info@johanvanderwielen.nl
- Telefoon 06-25064614
Bron: Johan van der Wielen Bron: Johan van der Wielen Bron: Johan van der Wielen
Ljippeblom
In april 2014 komt de kievitsbloem volop in het nieuws via de Friese media. De plant is namelijk ontdekt in het natuurgebied Grutte Wielen, een gebied dat wordt beheerd door It Fryske Gea. De beheerder is er wat trots op. In 1997 werd de plant daar voor het eerst al eens waargenomen, maar niettemin is het een uiterst zeldzame vondst. De kievitsbloem heet in het Fries
ljippeblom.
Witte kievitsbloem bij Haren
Natuurmonumenten ontdekt, ook in april 2014, bij het Groningse Haren in polder Oosterland witte kievitsbloemen in bloei. De polder ligt in het oude stroomgebied van de Drente Aa. Voor zover bekend is dit de enige plek ter wereld waar de bijzondere variant in het wild bloeit. Er staan zo'n vijftig exemplaren bij elkaar, op een afgesloten stukje land. Waarom de witte bloemen in Oosterland groeien is nog niet duidelijk. Natuurmonumenten laat daar onderzoek naar doen. De natuurorganisatie zet zich in om de witte populatie sterker te maken.
Voor de lens
Van oudsher is bekend dat de plant bij Haren groeide. Er is een bericht uit 1898 waarin geschreven wordt over een veld met wel duizend bloeiende exemplaren. De fotograaf van Natuurmonumenten mocht met de boswachter mee om foto's te kunnen maken voor documentatie en om het bewijs te kunnen leveren. Verder is het gebiedje afgesloten.
Natuurfotograaf Johan van de Wielen kreeg al eerder de witte kievitsbloem voor de lens.
Lees verder