Verschillende soorten dierlijke mest voor de tuin
Met gecomposteerde, dierlijke mest kan de tuin worden bemest. De mest van paarden, schapen, geiten en koeien is de meest geschikte bemesting. Door de tuin te bemesten verbetert de vruchtbaarheid, wordt het bodemleven gestimuleerd en verbetert de structuur van de bodem. De voedingstoffen uit gecomposteerde mest komen langzaam vrij waardoor de planten rustig en evenwichtig groeien. De kwaliteit van de mest is mede afhankelijk van het voer dat de dieren krijgen en of er medicijnen zijn gebruikt. Resten van medicijnen kunnen namelijk in de mest terecht komen.
De kwaliteit van dierlijke mest
De kwaliteit van de mest is afhankelijk van verschillende factoren. Zo is de samenstelling en de kwaliteit van het voer dat de dieren te eten krijgen een belangrijke factor. Maar ook de diersoort en het gebruikte strooisel hebben invloed op de kwaliteit. Wanneer er medicijnen zijn gebruikt kunnen resten hiervan ook in de mest terecht komen. In sommige gevallen is dit schadelijk voor het milieu.
Verse mest
Verse mest bevat veel ammoniak en dat kan verbranding veroorzaken, daarom is het beter dit eerst te composteren. Door de mest te vermengen met wat stro of door een laagje takken in de mesthoop aan te brengen komt er lucht in de mesthoop waardoor het verteringsproces wordt bevorderd.
Basisbemesting en snelwerkende meststof
Voor de basisbemesting kan de mest van paarden, schapen of geiten, en runderen worden gebruikt. Kippen- of duivenmest is minder geschikt omdat het geconcentreerde, snelwerkende meststof is. Deze mest kan wel worden gebruikt als extra bemesting.
Kippenmest en duivenmest
De mest bevat veel mineralen zoals stikstof, kalium en fosfor omdat de urine tegelijk met de mest wordt uitgescheiden. Het is een geconcentreerde, snelwerkende meststof. De mineralen kunnen snel door de planten worden opgenomen. Deze mest gebruik je vooral als extra bemesting voor planten die wel wat kunnen gebruiken zoals: koolplanten, tomaten, komkommers, prei en pompoenen. Kippenmest kan verbranding veroorzaken als de mest vers wordt gebruikt. Daarom is het beter om deze mest eerst te composteren.
Paardenmest
Voor het composteren van paardenmest hoef je niets aan de mest toe te voegen, maar met wat stro breng je lucht in de mesthoop. In een te vaste mesthoop ontstaan, door verstikking, schadelijke stoffen voor het milieu. Er moet dus voldoende zuurstof in de mesthoop kunnen komen. Te veel stro of houtvezel onttrekt echter stikstof aan de mest om te kunnen verteren. Er blijft dan te weinig voor de plant over. Paardenmest geeft veel warmte af waardoor het geschikt is voor gebruik in een broeibak. Verse paardenmest mag in het najaar op het land worden gebracht. Daar kan de mest blijven liggen tot het vroege voorjaar. (Gebruik in het voorjaar mest van een jaar oud) Het bedekt de grond zodat onkruid geen kans krijgt om te groeien en uitspoeling van de grond wordt voorkomen. Een deel van de mest is in het voorjaar verteerd, de rest kan ondiep in de grond worden verwerkt.
Koeienmest
Verse koemest mag in het najaar worden ondergespit zodat de mest verder kan verteren. Gecomposteerde koemest is na een jaar geschikt voor gebruik. Liggen er nog oudere mesthopen? Die gebruik je als bodemverbeteraar, ze bevatten niet veel voedingsstoffen meer. Koemest is ook in gedroogde vorm verkrijgbaar. Deze koemestkorrels zijn gebruiksvriendelijk en hygiënisch. Ze zijn vrij van onkruidzaden, ziektekiemen en insecten. De korrels zijn geschikt voor de biologische landbouw.
Tips voor het composteren van dierlijke mest
- Een mesthoop moet vochtig zijn, maar mag niet te nat worden. Bij harde regen moet de hoop worden afgedekt. In de zomer kan de mesthoop uitdrogen. Dan kan het nodig zijn om de hoop nat te maken.
- Mest kan resten van medicijnen bevatten, gebruik liever mest van biologische boerderijen.
- Gebruik alleen de goed verteerde mest en maak evt. meerdere mesthopen.
- Verwerk gecomposteerde mest op lichte grond in het voorjaar, om uitspoeling te voorkomen.
- Verwerk de mest ondiep onder de grond.
- Bemest tot augustus, omdat voedingsstoffen uit de gecomposteerde mest langzaam vrij komen is dit voldoende voor de rest van het groeiseizoen.
Kenmerken van een gebrek aan voedingsstoffen bij planten
De belangrijkste voedingsstoffen voor planten zijn stikstof, fosfaat en kalium. Planten hebben van sporenelementen zoals mangaan, koper, magnesium, ijzer, borium en zink veel minder nodig. Een gebrek aan voedingsstoffen leidt tot verstoorde groei. De planten zijn ook vatbaarder voor ziekten en plagen.
Hoe kun je een gebrek aan voedingsstoffen herkennen?
- Een tekort aan stikstof is zichtbaar aan een zwakke scheut en aan het kleinere blad met een lichtere groene kleur.
- Een tekort aan fosfaat is zichtbaar aan de paarse bladverkleuring en de slechte vruchtontwikkeling.
- Een tekort aan kalium is zichtbaar aan geel of bruin gerand blad.
- Een tekort aan magnesium is zichtbaar aan het geel worden van ouder blad tussen de nerven.
- Een tekort aan ijzer en mangaan is zichtbaar aan het vergelen tussen de bladnerven van vooral jong blad.
Lees verder