Scheidingswand van gipsplaat - Berekenen en plaatsen

Het zelf plaatsen van een scheidingswand met gipsplaten. Varieer met de indeling van je leefruimte of woonruimte of creëer een extra ruimte. Het plaatsen van een gipsplaten scheidingswand is relatief eenvoudig zelf uit te voeren. Met een goede voorbereiding, het juiste gereedschap, de goede materialen en twee 'rechter' handen creëer je een extra kamer of leefruimte, geheel naar je eigen behoefte en naar eigen inzicht. Hoe bewerk je de plaatsing van de wand voor en wat zijn de aandachtspunten bij het berekenen en plaatsen van een gipsplaten scheidingswand?

Scheidingswand van gipsplaat op een houten regelwerk

Uitgangspunt bij de navolgende beschrijving is het aanbrengen van een niet dragende scheidingswand, waarbij de gipsplaten worden aangebracht op een vurenhouten frame of regelwerk. De werkzaamheden vinden plaats in een 'nieuwbouwwoning' met een betonnen dekvloer. Bij gebruik van een aluminium regelwerk -wat een alternatief kan zijn voor een houten regelwerk- blijft de procedure van werken in grote lijnen gelijk. De toegepaste gipsen wandplaten hebben afgeschuinde langskanten (zie afbeelding). Bij toepassing van deze gipsplaten kun je later eenvoudig stucgaas op de naden aanbrengen, vóórdat je de gipsplaten glad afwerkt. De standaardafmeting van de toegepaste gipsen wandplaten is: 2.60 x 0,60 meter bij een dikte van 12,5 millimeter.

Voordelen van gipsplaten

• Gemakkelijk, snel en eenvoudig te verwerken.
• Geeft na egaliseren van naden en schroefgaten een glad en strak af te werken oppervlak.
• Goede belasting, tot 25 kg. per plug.
• Binnenshuis (bijna) overal toe te passen.
• Geeft een hogere geluidsisolatie dan vergelijkbare materialen.
• Afhankelijk van de afwerking brandvertragend.
• Goed af te werken met stucwerk, behang of muurverf.

Aandachtspunten vóór het aanbrengen van de scheidingswand

• Bedenk en bepaal de gewenste plaats van de scheidingswand.
• Wat wordt de functie en de ideale afmeting van/tussen de beschikbare ruimte(s).
• Houd hierbij eventueel rekening met de standaardmaten van de te leggen vloerbedekking.
• Meet secuur, zodat je voldoende materiaal inkoopt.
• Lopen er leidingen in plafond, vloer of muur, ter hoogte van het te bevestiging regelwerk.
• Hoe en waar plaats je eventuele ramen en deuren en let op het uitzwaaien en de scharnierkant van de ramen en deuren.
• Waar moeten eventuele extra leidingen/bedrading en aansluitingen voorbereid worden (elektra, water, verwarming.
• Moet er in de meterkast een stroomgroep bijgeplaatst worden in verband met een intensiever gebruik.
• Worden er zware voorwerpen aan de muur bevestigd, zodat extra versteviging tussen het regelwerk noodzakelijk is.
• Kijk -bij aankoop- langs de balken voor het regelwerk om te beoordelen of deze mooi recht zijn (bij voorkeur niet in een bundel kopen)
• Controleer de gipsen wandplaten op beschadigingen.

Gereedschapslijst bij plaatsen van de gipsplaten/scheidingswand

• Meetlint, duimstok of rolmaat.
• Schietlood en/of waterpas.
• Timmermanshaak, metalen snijliniaal van minimaal 60 cm. lang.
• Aftekenmateriaal.
• Hobby- of stanleymes.
• Handzaag, decoupeerzaag, afkortzaag, gatenzaag.
• Boormachine, schroefboormachine, gipsschroeven bitje.
• Steen- en houtboren van 6 mm.
• Fijne rasp of schuurpapier.
• Plamuurmessen van verschillende breedtes.
• Hulpgereedschap; hamer, schroevendraaier, tangen en dergelijke.

Benodigde materialen bij plaatsen van de scheidingswand

• Vurenhouten balken, gelijk aan of langer dan de benodigde hoogtemaat. Kopmaat 50 x 50 mm.
• Gipsen wandplaten, afgestemd op de benodigde hoogte.
• Versterkingshoeken om de staanders vast te zetten.
• Celband voor extra isolatie en tegen contactgeluiden.
• Geschikte schroeven voor hout, beton en gipsplaten.
• Eventueel materiaal voor elektra, leidingen e.d.
• Geschikt plamuur-/egalisatiemiddel,
• Stucgaas, acrylaatkit
• Eventueel plinten voor de afwerking.

Meten en plaatsen van het regelwerk van de scheidingswand

Meten en plaatsen van het frame

Meet op de vloer over de gehele lengte/breedte de plaats uit waar je de eerste balk wilt aanbrengen. Teken deze plek af door het trekken van een lijn met potlood of viltstift. Houd rekening met de dikte van de gipsen wandplaat (plus 12,5 mm) voor de maximale maat die je aanhoudt. De vloerbalk gebruik je als uitgangspunt om de verticale balken vanaf de muur met de waterpas af te tekenen. Zijn de muren niet helemaal haaks, dan vul je de ruimte op met stukjes board o.i.d., zodat je muurbalk mooi waterpas staat. De uitsparing voor een eventuele deur teken je op de vloerbalk af; deze kun je er later tussenuit zagen. De lijn tussen de staanders op de muren geeft nu de plaats en de maat aan van de balk die tegen het plafond aan bevestigd wordt.

Voordat je het frame rondom vastschroeft, breng je op de rugzijde van de balken die op de muur bevestigd worden twee stroken celband over de gehele lengte van de balk(en) aan. Het celband zorgt voor het opvangen van lichte oneffenheden, isoleert beter en maakt dat er minder contactgeluiden worden doorgegeven. Denk aan eventueel aanwezige leidingen bij het boren!

Meten en plaatsen van de staanders

Meet de exacte hoogte van de staanders op een aantal punten over de lengte/breedte van het frame. Door op een aantal punten te meten vang je eventueel hoogteverschil tussen de vloerbalk en de plafondbalk op en kun je hier vervolgens de hoogte van de staanders op aanpassen.

Het hart (op 2,5 cm. van de totale breedte van 5 cm.) van de eerste staander plaats je op 30 cm.* vanuit de muur. De tweede staander plaats je vervolgens op 30 cm (hart op hart, oftewel van midden tot midden) van de eerste staander. Op deze wijze werk je uiteindelijk steeds in breedtes van 60 cm., zodat de gipsen wandplaten voldoende 'vlees' hebben om later op de staanders vastgeschroefd te worden. Ter controle van de juiste breedtemaat kun je tussentijds een stukje gipsplaat gebruiken (60 cm. breed). Het eenvoudigste is om de staanders met stalen hoekhaken op de vloer- en plafondbalk vast te schroeven. Eventueel kun je binnen de staanders horizontale balken aanbrengen, op de hoogtes waar je later iets (zwaars) wilt gaan ophangen. Je hoeft dan niet overal met gipspluggen te werken.

* bij gipsen wandplaten van 1,25 cm. kun je eventueel volstaan met het plaatsen van staanders om de 60 cm., maar om de 30 cm. heeft de voorkeur en komt de stevigheid ten goede.

Meten en aanbrengen van de gipsen wandplaten

Begin met het aanbrengen van de gipsen wandplaten aan de muurkant en aan die zijde, waar je geen extra voorzieningen hoeft te treffen of leidingen hoeft te trekken.

Meet de benodigde hoogte van de gipsen wandplaten en teken deze af. Trek plusminus één centimeter van de gemeten hoogte af. Dit geeft je enige speelruimte. De wandplaat maak je eenvoudig op maat door -langs de stalen liniaal- een rechte snede met een stanleymes langs de afgetekende lijn aan te brengen.Vervolgens plaats je een wig of balkje onder de snede, en de wandplaat zal makkelijk doorbreken. Tot slot snijd je de kartonnen rugzijde van de wandplaat door met het stanleymes. Gebruik vóór plaatsing van de wandplaat het schuurpapier of de fijne rasp om de oneffenheden of kartelkanten te verwijderen. Plaats de wandplaat op een wig en stel de wandplaat strak tegen het plafond.

Schroeven van de gipsplaten

Schroef de plaat vast op de staanders, met een onderlinge afstand tussen de gipsplaatschroeven van ongeveer 25 cm. Gebruik voor het schroeven van de gipsplaatschroeven een special bitje op je boor- of schroefboormachine dat bestemd is voor gipsplaten. Met dit speciale bitje kun je de schroeven mooi laten verzinken, zonder dat de kartonnen toplaag van de wandplaat beschadigd wordt. Werk vervolgens de gehele wand af op de boven beschreven manier. De andere zijde: je kunt nu eerst besluiten isolatiemateriaal aan te brengen, wat tevens het geluid dempt. Bij de plaatafwerking kun je voor uitsparingen van stopcontacten het beste een gatenzaag van geschikte diameter gebruiken.

Voorbewerken van de gipsen wandplaten

Breng stucgaas aan op de naden tussen de gipsplaten, dit voorkomt (haar)scheuren op de naden. Plamuur of stuc de naden, schroefgaten en andere kleine onregelmatigheden met een geschikte gips of muurvuller. Volg de aanmaakverhouding op de verpakking, maar maak niet meer vulmiddel aan dan in relatief korte tijd verwerkt kan worden (15 á 20 min.). Te lang doorwerken in of met de muurvuller geeft klonten, omdat deze aandroogt. Werk met goede plamuurmessen zonder bramen voor een strak resultaat. Één keer afplamuren zal in de regel niet voldoende zijn omdat de muurvuller bij droging enigszins krimpt. Herhaal het plamuren tot je een strak resultaat hebt. Voor de overgangen tussen de gipsen wandplaten heb je een breed (duoflex) plamuurmes of een stucmes nodig, dat breder is dan de af te werken overgangen. Begin bij het plamuren bij de vloer en werk vervolgens 'dakpansgewijs'/overlappend naar de plafondkant toe. Na voldoende droging kun je de muurvuller luchtig schuren en eventueel nog bijwerken of bijplamuren.