Bloembollen planten: hoe, waar en wanneer
De herfst is de periode van het jaar waarin de meeste bloembollen geplant worden, zodat ze vanaf de lente je tuin met mooie vormen en kleuren kunnen decoreren. Bloembollen planten is niet moeilijk, en dus kan je je meeste aandacht voorbehouden voor het samenstellen van leuke bollencombinaties. Een paar uurtjes werk in de herfst bezorgt je wekenlang plezier in de lente en zomer.
Bloembollen planten
Wanneer planten
Bloembollen moeten geplant worden
vanaf de eerste koude. Bloembollen hebben deze koudeperiode nodig om het biochemische proces op gang te brengen dat hen doet bloeien. Ze moeten zeker al zes weken in de grond zitten vooraleer het begint te vriezen. Zo kunnen ze al een solide wortelstructuur ontwikkelen. Een bodemtemperatuur van 5 à 10 graden C° is ideaal.
Te laat
Wat als je te laat – bijvoorbeeld in februari- ontdekt dat je nog bloembollen hebt om te planten. Je hebt dan twee opties:
- Je kan de bloembollen in de koelkast plaatsen om hun zo de nodige koudeperiode te bezorgen en dan in een pot planten om ze in de huiskamer te laten bloeien. Als je ze in de koelkast legt, houd ze dan wel uit de buurt van je fruit. Als ze reageren op je fruit, zou je weleens helemaal geen bloem kunnen krijgen.
- Je kan ze toch nog planten in de tuin “op goed geluk”. Bloembollen zullen steeds hun best doen om toch nog een mooie bloem te krijgen.
Het heeft weinig zin om ze nog een jaar te bewaren, want bloembollen zijn levende planten en als ze te lang bewaard worden, drogen ze helemaal uit.
Waar planten
Bloembollen kan je in principe zowat overal planten. Vermijd toch plaatsen waar de grond niet voldoende draineert. Bloembollen houden niet van natte voeten. Zonnige plaatsen zijn natuurlijk geliefd voor bloembollen, maar sowieso komt de zon in de lente goed bij de bloembollen aangezien dan nog niet alle bladeren aan de bomen staan. Houd ook rekening met de aanwijzingen op de verpakking.
Zelf aan de slag
Maak de aarde los met een spade op de plaats waar je de bloembollen gaat planten zodat ze makkelijk bewerkbaar is. Als je de bloembollen niet in een bestaand bloembed plant, dan kan je eventueel wat organische meststoffen toevoegen zoals compost.
Maak een gaatje voor de bloembol en steek deze erin met de
puntige zijde naar boven en met de wortels naar onder. Voor sommige bloembollen is het moeilijk te onderscheiden welke de boven- en welke de onderzijde is. Maar zelfs als je je vergist, is er een redelijke kans dat de bloem uit zichzelf de weg naar boven wel zal vinden. Voor kleine bollen maakt het sowieso weinig uit hoe je ze in het plantgat stopt.
Zorg ervoor dat je plantgaatje niet te puntig uitloopt. Je bloembol zou dan halverwege kunnen blijven steken zonder dat de onderkant echt de aarde raakt. Op die manier zal de bloembol nooit een mooi wortelstel kunnen ontwikkelen. Zorg er dus voor dat de bloembol overal goed omgeven is door aarde.
Diepte
Echt grote bollen moeten gemiddeld zo’n 20 cm diep geplant worden. Kleine bollen moeten gemiddeld 12,5 cm diep geplant worden. Als algemene regel geldt dat bollen moeten geplant worden tweemaal tot driemaal zo diep als de bol hoog is. Een bol van 3 cm kan je dus op 9cm diep planten.
Water
Als het niet meteen regent na het planten van de bloembollen, geef ze dan zelf wat water met een gieter. Water is een belangrijk element om het wortelstelsel van de bloembol tot ontwikkeling te laten komen.
Meststoffen
Het eerste jaar hebben bloembollen geen extra meststoffen nodig. De bloembol op zich bevat genoeg voedsel om te overleven. Indien de bloembollen meerdere jaren meegaan, is het best om vanaf het tweede jaar wat organische meststof zoals compost toe te voegen aan de bodem, of een kunstmeststof met een goed evenwicht aan stikstof, kalium en fosfor.
Als je om één of andere reden toch meteen bij het planten meststof wil toevoegen, doe de meststof dan niet direct in het plantgat. Als dit rechtstreeks in contact komt met de bloembol kunnen de wortels hiervan verbanden.
Vorst
In periodes met zeer strenge vorst is het verstandig om de grondlaag extra af te dekken met bijvoorbeeld wat stro of bladeren.
Een mooie bloembollentuin creëren
Tussenruimte
Het mooiste effect krijg je wanneer je bloembollen in
groepjes plant. Eén bloembol op zich maakt weinig indruk. Op de verpakking van de bloembollen staat meestal vermeld hoeveel ruimte je tussen verschillende bollen moet laten, maar het effect is vaak meer geslaagd als je ze iets dichter bij elkaar zet.
Klein en groot, vroege en late bloeiers
Plant de kleinste bloemen voor de grootste als ze op het zelfde moment in de bloei gaan zodat de grote het zicht op de kleinste niet benemen. Als echter de grote bloembollen later in de bloei gaan de kleine, dan kan je ze wel voor de kleine zetten. Als de kleinste bloemen uitgebloeid zijn, dan zullen hun verdorde bladeren verstopt worden door de grotere bloemen.
Om een apart effect te krijgen, kan je bloembollen planten volgens de “dubbeldekker”-methode: twee bloembollen boven elkaar. Neem dan bijvoorbeeld een kleine op een grote. Of een vroege bloeier op een late bloeier zodat je op dezelfde plek het hele jaar door bloemen hebt.