Het stekken van vaste planten en struiken
Zelf stekken is niet moeilijk. Het benodigde gereedschap bestaat uit een snoeischaar, een gewone schaar, een scherp mes, enkele platen met stekalveolen en een geringe hoeveelheid stekpoeder. In de meeste tuincentra vindt u potgrondmengsels die speciaal samengesteld zijn voor de vermenigvuldiging van planten. Belangrijk in dit geval is het ontbreken van meststoffen. Voeg aan dit alles een beetje geduld toe en een uitstekend resultaat wordt gegarandeerd.
Stekmethoden
Er bestaan meerdere manieren van plantenvermenigvuldiging, afhankelijk van het soort plant. Alvorens te beginnen dienen de stekalveolen gevuld te worden met het speciale potgrondmengsel.
Stengelstek:
De meeste struiken en vaste planten kunnen op deze manier vermenigvuldigd worden. De uitgelezen maand hiervoor is juni. De jonge scheuten beginnen op dat moment een beetje hout te vormen, hetgeen een snelle wortelvorming bevordert.U knipt de toppen van de plant op ongeveer drie bladknopen af, enkele millimeters onder de onderste bladknoop. Vervolgens ritst of knipt u de onderste blaadjes eraf. Ook bloemen en bloemknoppen dienen op deze wijze verwijderd te worden. Stekt u een soort met groot blad, knipt dan de helft van dit blad af. Het doel van deze operatie is het zoveel mogelijk voorkomen van verdamping, hetgeen de stek riskeert te verzwakken. Zijn de jonge scheuten eenmaal op deze manier voorbereid, dan worden deze met het voetje in de stekpoeder gedoopt. Het overtollige poeder wordt van de stek afgeklopt, waarna deze in een alveool geprikt kan worden. Is uw stekplaat eenmaal vol, dan dient deze goed beregend te worden en een plek te krijgen in de schaduw of in een beschaduwde kas. Worden de wortels eenmaal zichtbaar onder de alveolen, dan kan er begonnen worden met het bemesten met een vloeibare stikstofarme meststof. Dit type kunstmest bevordert de ontwikkeling van wortels en hout. Zijn de kluitjes eenmaal van een stevig en gezond wortelstelsel voorzien, dan kunnen de stekken opgepot worden in een normaal verrijkt potgrondmengsel.
Wortelstek:
Veel soorten water- en moerasplanten, siergrassen en irissen ontwikkelen zich op wortelstokken. Met een scherp mes snijdt men de desbetreffende wortelstok in stukken, met op iedere stek een gezonde groeipunt. Het geheel kan ineens opgepot worden, zonder gebruik te maken van stekpoeder. Stukjes wortel van Phlox paniculata geven vaak jonge planten.
Houtige stek:
Ook met deze stekmethode werkt men zonder stekpoeder. Stukken houtige tak worden afgesneden op ongeveer dertig centimeter lengte en direct in de volle grond gestoken. Het aangewezen jaargetijde hiervoor is de late herfst. Deze vorm van vermenigvuldiging leent zich uitstekend voor vrijwel alle soorten klein fruit en bekende struikensoorten zoals Forsythia en Ribes. De beste periode voor de Hortensiavariëteiten is sde laatste week van februari.
Afleggen:
Het afleggen is een vaak toegepaste methode voor Rhododendrons en Magnolia's. Laaghangende takken worden door de grond geleid, vastgehouden door enkele metalen pennen. Van het zich onder de grond bevindende gedeelte van de tak dienen enkele centimeters bast met een mes geschrapt te worden, een handeling die de wortelvorming bevoordeeld. Het vormen van de wortels kan twee jaar duren.
Scheuren:
Vele vaste planten groeien in plaggen. Het opdelen van deze plaggen in gewortelde stekjes is snelle methode om aan jong plantmateriaal te komen. Het dient de aanbeveling de stekken eerst in een universeel potgrondmengsel op te potten, om eenmaal goed geworteld uitgeplant te worden in de volle grond. Ook hier is het gebruik van stekpoeder niet nodig.
Marcottage:
De bast van de twijg van een plant wordt met een scherp mes in de lengte en in opwaartse richting van het hout losgesneden, waarbij het stukje bast aan de bovenkant van de snede bevestigd blijft. Daarna wordt vochtig sfagnum in de snede gedrukt en bovendien gedrapeerd rond het hout. Het sfagnum wordt op zijn beurt omwikkeld met plastic met het doel het uitdrogen van het mos te voorkomen. De stek kan afgesneden worden nadat de wortels zichtbaar zijn. Deze vermeerderingsmethode is met succes toe te passen op plantensoorten zoals de Ficus.
Emmy Wieten