Primula: een vrolijke voorjaarsbloeier (binnen en buiten)
De primula's, die je in het voorjaar in groten getale ziet bij tuincentra, worden ook wel stengelloze sleutelbloemen genoemd. Het gaat om de Primula vulgaris. De steeltjes zijn kort en de bloemen liggen dicht op het groene blad. Door kruisen zijn heel veel kleuren en combinaties van kleuren ontstaan. De omschrijving 'vrolijke voorjaarsbloeier' past dan ook heel goed bij de Primula. Primula's zijn geschikt voor zowel binnen als buiten.
Inhoud artikel
Primula of sleutelbloem
Deze vrolijke
voorjaarsbloeiers zullen je zeker opvallen bij tuincentra. Je vindt ze er in allerlei kleuren van wit, geel tot roze en paars. Het gaat om het soort
Primula vulgaris, voorheen Primula acaulis. De kweekvormen dragen nog wel de naam Acaulis hybriden of primula's uit de Acaulis groep. Ze worden stengelloze sleutelbloemen genoemd omdat de steeltjes veelal kort zijn. Bij korte steeltjes liggen de bloemen vlak boven het blad en dit geheel doet aan als een zode die bol en plat is. Het doet denken aan een kussen en in Duitsland heeft men gekozen voor een naam die daarnaar verwijst:
Kissenprimel (kussenprimula's). Oorspronkelijk komen de stengelloze sleutelbloemen uit de natuur van Zuid-Frankrijk, Portugal en Spanje. Deze bloemen uit de natuur hebben een gele kleur.
Hoogte, kleuren, geur Primula vulgaris
Hoogte: als de planten bloeien moet je denken aan een hoogte van tien tot vijftien centimer.
Kleuren die je tegen kunt komen: wit, geel, roze, paars, roodpaars, bruinrood, blauw, violet.
Het
hart van de bloem: warmgeel (om de insecten te lokken).
Stengelloze sleutelbloemen geven
geen geur af.
Standplaats, verzorging Primula vulgaris
Het is zowel een binnen- als een buitenplant.
Van oorsprong zijn het bosplanten en ze hebben niet veel zon nodig. Je kunt ze dus ook op een niet al te donkere plek in huis neerzetten. Eerst binnen en daarna buiten in de tuin zetten is ook mogelijk. Zet ze buiten beschut tussen de struiken en kies voor een niet te droge grond. De Primula vulgaris is winterhard. Je kunt in de wintermaanden wat losse, onkruidvrije tuinaarde over de planten strooien. De plant mag niet te droog worden (bruine bladeren) maar ook niet te nat. Staat de plant in een pot, giet het water dat in de pot blijft staan na het geven van water af om wortelrot te voorkomen. Je kunt ook kiezen voor een pot met een losse onderschotel. Gebruik lauwwarm water, niet te rijk aan kalk (teveel kalk kan zorgen voor gele bladeren). Giet water onder de bladeren en niet op de plant. Haal uitgegroeide bloemen direct weg.
Plantensoorten die je goed kunt combineren met Primula vulgaris
- Anemone hupehensis: hoogte 50 tot 75 centimeter, bloeitijd augustus tot september, paarse bloemen.
- Anemone nemorosa: bosanemoom, hoogte 10 tot 25 centimeter, bloeitijd maart tot mei, witte of lichtpaarse bloemen.
- Brunnera: vaste plant met grote harvormige bladeren, vroeg in het voorjaar bloemen die lijken op de vergeet-mij-niet.
- Aquilegia alpina: alpenakelei, hoogte 25 tot 50 centimeter, bloeitijd in mei, violetblauwe bloemen.
- Pulmonaria: longkruid, vaste plant, vaak met gevlekte bladeren, kleuren van de bloemen: rood, paarsviolet, wit.
- Tiarella: schuimkaars, sterke bodembedekkende vaste plant, in het voorjaar veel witte bloemetjes in trosjes.
- Polystichum: niervaren, wintergroen loof, zorg voor een beschutte plaats in de schaduw.
Vermeerdering Primula
De soorten die zuiver zijn, kun je uit zaad vermeerderen. Het gaat om koudekiemers, het zaad kiemt goed als het bevroren is geweest. Je kunt ook pollen die al wat langer vaststaan delen (bij de meeste soorten).
Ziekten die je tegen kunt komen bij de Primula
De volgende ziekten kun je tegenkomen bij de Primula:
- Spint: een andere naam die gebruikt wordt isrode spin, het gaat om kleine spinachtige diertjes die zich vast zuigen aan de onderkant van de bladeren, dit zorgt voor witte vlekjes.
- Stengelaaltjes: dunne wormachtige diertjes, je kunt ze met het blote oog niet zien.
- Aardrupsen: larven van uilvlinders (grijze rupsen) die in de nachtelijke uren aan de plant vreten.
- Bladvlekkenziekte: dit zorgt voor bruine vlekken op blad en bladsteel.
- Valse meeldauw: schimmelziekte, je ziet vuilwit pluis aan de onderkant van het blad, behandelen met een schimmelwerend middel.
- Virusziekten: kunnen zorgen voor kringen, vlekken, gele verkleuringen, ze kunnen overgebracht worden door onder andere bladluizen, bestrijding is niet mogelijk.