Snoeitechniek van een olijfboom
Een olijfboom groeit snel en moet jaarlijks worden gesnoeid om een goede productie te kunnen behouden. Omdat een olijfboom om het jaar geeft zal er flink gesnoeid worden ná zijn `goede´ oogst. Het andere jaar kan volstaan met uitdunnen. De boom zal door deze methode elke 2 jaar opnieuw in zijn verjongd en in zijn `goede´ jaar zijn. Tegenwoordig zijn nieuwe snoeitechnieken ontstaan om elk jaar een `goed´ oogstjaar te krijgen. Deze techniek geeft een mindere opbrengst geven dan de om- en om jaar methode maar geeft wel elk jaar. Deze nieuwe techniek is nog niet bewezen. In dit artikel ga ik nog de oude methode beschrijven.
Gereedschap
Bij de grove snoei wordt gebruik gemaakt van een kettingzaag. Veiliger en eenvoudiger is om te kiezen voor een telescoop-kettingzaag. De maximale hoogte van een telescoop-kettingzaag is ook vaak de werkbare hoogte voor de oogst.
Een beschermkap, handschoenen en een veiligheidsbril. Let ook op veilige kleding.
Voor het uitdunnen wordt een handzaag en een snoeischaar gebruikt.
Voor de uitlopers die op de wortels groeien gebruiken we een hakbijltje.
Een aansteker/gasbrander en een brandvergunning (gemeente) om het snoeiafval te verbranden.
Vorm snoei
Voor een goede beschrijving kun je een olijfboom voorstellen als een lichaam. De stam is het lijf. De dikkere takken zijn de armen en de uiteinden met dunnere takjes zijn de vingers.
Om een olijfboom gemakkelijk te kunnen oogsten zal er een vorm aan gegeven worden. Eén van de snoeivormen is `de parasol´. Het voordeel van deze vorm is dat de top niet te hoog wordt om te kunnen oogsten en er gemakkelijk onder de boom doorgelopen kan worden. De breedte mag niet te ver van de boom liggen zodat de `vingers´ nog van genoeg sappen kunnen worden voorzien en om ruimte te houden voor de naastgelegen bomen. Aan de `vingers´ groeien de olijven.
Grove snoei
De bomen die goed gegeven hebben worden grof gesnoeid. (indien noodzakelijk) Dit houdt in dat we bekijken hoeveel dikke `armen´ er in de boom zitten en of er één uitgezaagd kan worden. Traditioneel houden we 3 of 4 grotere takken in stand. Bij een enkele hele grote boom kunnen er maximaal 5 takken blijven zitten. Bekijk welke `arm´ het geschiktst is om ertussen uit te halen zonder een groot gat te krijgen. Soms is het kiezen erg moeilijk maar na jaren ervaring voel je instinctief welke het is. De arm waar de `vingers´ er het slechtste eruit zien kan eruit gezaagd worden. (De vingers zijn houterig of hangen over een terras waar niet geoogst kan worden.)
Als de keuze is bepaald worden eerst de vingers eruit gesnoeid. Daarna worden de zijtakken van de `arm´ eraf gesnoeid. De kale arm wordt in stukken van de boom gezaagd (van buiten naar de stam toe) Probeer om bij de stam een mooi vlak te zagen, zodat er geen stuk overblijft. Nieuwe uitlopers zullen aan dit afgezaagde stuk groeien.
Ook de hoogte wordt eruit gezaagd. Bij een oude verwaarloosde plantage kunnen dit takken zijn maar het kunnen ook nieuwe uitlopers zijn. (De hoogte van deze uitlopers kunnen wel 4 meter zijn en zuigen erg veel vocht van de boom.) Een olijfboom groeit erg snel dus wees niet te voorzichtig. Het komt de productie ten goede.
Uitdunnen
Bij het uitdunnen worden de nieuwe scheuten/uitlopers van de `armen´ gesnoeid met een handzaag. Soms zijn het hele groepjes. Er moet voldoende licht door de boom kunnen schijnen. De houterige takjes kunnen eruit geknipt worden met een snoeischaartje.
Uitloper op de wortels
De uitlopers op de wortels kunnen met een hakbijltje eraf geslagen worden. De uitlopers nemen het vocht die noodzakelijk zijn voor de `vingers´.
Opruimen
Een goed onderhouden plantage ruimt direct het `afval´ op. Tijdens de snoei, bij het schoonmaken en de oogst.
Tijdens het snoeien is er veel snoeiafval. De dikkere takken worden bewaard maar het blad, de oude olijven op de grond en de uitlopers worden zoveel mogelijk verbrand. De larven van de olijfvlieg krijgen geen kans om uit te vliegen en `bos´ branden worden hierdoor voorkomen. Zorg dat de grond schoon blijft.