De berenklauw - een gevaarlijke plant?
De berenklauw is een plant behorende tot de schermbloemfamilie en komt op allerlei plaatsen in Europa voor. Een bespreking van de twee soorten berenklauw, het nut en het gevaar van de planten. Tevens het advies wat te doen na aanraking.
De gewone berenklauw
De gewone berenklauw (Latijnse naam: Heracleum sphondylium) is een behaarde plant met een gemiddelde lengte van 90 tot 150 centimeter. In zeldzame hoeveelheden komen er ook planten voor van twee meter. De plant kan over het algemeen veel in bermen worden gevonden. De stengel is kantig en gegroefd en er groeien witte bloemen aan in de vorm van een scherm (vandaar dat de plant tot de schermbloemfamilie behoort, zoals de wortel, peterselie en pastinaak). De bloemen verschijnen tussen juni en oktober.
De gewone berenklauw wordt veelal gevonden in stikstofrijke, vochtige grond op grasland, in bossen en tussen het onkruid. Ze kunnen groeien in het halfschaduw, maar ook in volle zon.
Gebruik
De gewone berenklauw kan worden gegeten als de plant nog jong zijn. De stengels worden vaak gegeten in combinatie met komkommer, kokosnoot en mandarijnen. Ook oude stengels kunnen gegeten worden. Deze worden dan geschild.
Gevaar
De huid kan ontsteken bij aanraking van de berenklauw. Dit komt door de etherische olie die het bevat, welke giftig kan zijn door de invloed van licht. Etherische oliën zijn vluchtig en sterk geurend en worden uit bepaalde delen van planten gewonnen. Dit kan door middel van stoom destillatie of droge destillatie. Deze giftigheid is nog niet het geval bij de jonge planten, maar bij oude planten moeten handschoenen worden gedragen om deze ontstekingen te voorkomen.
De reuzenberenklauw
De reuzenberenklauw (Latijnse naam: Heracleum mantegazzianum) is nauw verwant met de gewone berenklauw, maar wordt veel groter. De plant kan tot vier meter hoogte groeien en heeft klauwvormige bladeren. De plant blijft in zijn eerste jaar laag, tot zo'n 50 centimeter, en groeit vervolgens door tot zijn volledige lengte. Het is een tweejarige plant, maar kan ook langer leven. De plant komt oorspronkelijk uit Zuidwest-Azië, maar is als tuinplant naar Europa geïmporteerd. De plant krijgt net als de gewone berenklauw witte bloemetjes (juli en september). De stengel kan tien centimeter dik worden.
De reuzenberenklauw groeit in verstoorde, voedselrijke grond en is eveneens te vinden langs wegen en op enigszins verwilde plaatsen. Het wordt beschouwd als een onkruid.
Gevaar
Evenals de gewone berenklauw is de reuzenberenklauw niet per se giftig, hoewel het ook door de etherische olie tot blaren en zwellingen kan leiden. Dit komt door de furocoumarinen die de plant bevat. Het letsel lijkt vaak op een brandwond en het kan een aantal weken duren tot genezing. Sap in de ogen kan echter wel leiden tot blindheid, dus deze moet zo snel mogelijk worden weggespoeld.
Bij het verwijderen van de plant kan men dus het best helemaal gekleed zijn, zodat er geen aanraking met de plant kan plaatsvinden. De plant kan slecht tegen herhaald maaien, waardoor het verstandig is een gebied met jonge planten regelmatig te maaien. Wel is het belangrijk elke plant te verwijderen.
Na aanraking
Na aanraking is het belangrijk de plek te overspoelen met veel koud water (onmiddellijk). Daarnaast kan het beste de zon worden vermeden voor een week (door het sap ben je overgevoelig voor zonlicht), en naar de huisarts worden gegaan wanneer er letsel te zien is.