Energielabel: energiezuinig kopen
Een energielabel op woningen is sinds 2008 in werking getreden. De energielabel op witgoed geven aan hoe zuinig het apparaat met energie omgaat. Iedere verkoper van huishoudelijke apparatuur is verplicht om aan te geven welk energielabel het apparaat draagt. Ook auto's dragen een energielabel.
Energielabel op woningen
Een energielabel op woningen is sinds 2008 in werking getreden. Zowel huur als koopwoningen hebben een energielabel. Aan de hand van dit energielabel kan men precies inschatten hoeveel energie de woning verbruikt, en hoe energiezuinig deze dan ook is. De energielabel loopt van A tot G. A is het energie zuinigst, en G het minst zuinig. Gekeken word naar onder andere isolatie, dubbel beglazing, gebruik van soort ketel etc. Woningen die na 1998 zijn gebouwd hebben geen energielabel omdat ze al energiezuinig zijn gebouwd. Ze hebben wel een energie prestatie coëfficiënt (EPC). Deze woningen hebben tien jaar lang vrijstelling voor een energielabel. Daarna moet men een nieuw energielabel aanvragen. deze klost tussen de 150 en 250 euro.
Energielabel op witgoed
De energielabel op witgoed geven aan hoe zuinig het apparaat met energie omgaat. Dit kan belangrijk zijn om te weten, omdat bij veelvuldig gebruik va het apparaat de energiekosten aardig de pan uit kunnen rijzen. De energielabels voor witgoed zijn sinds 1995 verplicht. De labels lopen van A tot en met G. A is donker groen gekleurd en staat voor zeer zuinig. G is felrood gekleurd en staat voor energievreter. In de A-klasse is er ook nog het energielabel AA of A+ en A++ en zelfs A+++, deze zijn dus nog zuiniger dan A. Bij was machines is het energielabel niet altijd even duidelijk. Soms verbruikt een wasmachine met het label AA meer energie en water dan met het label A. Op de energielabels staat in ieder geval altijd het stroomverbruik in Kilowatt en het waterverbruik, vergelijk deze daarom altijd even. Sinds de invoer van de energielabels op witgoed zijn de A en B energielabels op witgoed heel sterk gestegen. De hogere klassen worden nagenoeg niet meer gemaakt, omdat mensen zich bewust zijn geworden van het energiegebruik en hierdoor niet meer zo snel voor een dure energieklasse zullen kiezen. Op welke apparaten allemaal een energielabel zit, vind je in de volgende lijst:
- wasdrogers en wasmachines
- vaatwassers
- ovens en magnetrons
- koelkasten en diepvriezers
- airconditioner
- verlichting
Verplicht tonen van energielabel
Iedere verkoper van huishoudelijke apparatuur is verplicht om aan te geven welk energielabel het apparaat draagt. Zo kan de consument precies inschatten hoeveel energie het apparaat gaat verbruiken. Een apparaat mag maar zeven energieklassen hebben. Dit betekent dat wanneer een wasmachine een energieklassen A+++ heeft, deze in nog maar zes andere klassen verkocht mag worden, namelijk A++, A+, A, B, C en D. De energieklassen E, F en G mogen dan niet meer verkocht worden. Het tonen van het energielabel op huishoudelijke apparatuur zal trouwens niet alleen in de winkel gelden, maar ook in reclamefolders, op reclameborden en in reclamefilms. De fabrikant van het apparaat meet trouwens zelf het energieverbruik en levert de stickers hiervan aan de winkelier. De winkelier moet ze dus zelf op het apparaat plakken. De Belastingdienst Holland Midden controleert met steekproeven of winkeliers ze wel opplakken. Bovendien kopen hun een aantal apparaten per jaar om na te gaan of het energielabel wel echt klopt, doordat ze de apparaten zelf gaan testen hierop.
Energielabels op andere artikelen
Vanaf 2011 geldt er ook een energielabel voor andere artikelen, zoals deuren, ramen en douchekoppen. Kortom alles waarmee men energie kan besparen. Dit maakt het voor de consument heel aantrekkelijk en overzichtelijk om energiezuinige dingen aan te schaffen. Hiermee word in ieder geval het milieu bespaart. Of het uiteindelijk ook de beurs zal besparen, zal moeten blijken. Men kan zich voorstellen dat de energieprijzen blijven stijgen, wanneer mensen steeds minder energie gaan gebruiken, Het tekort wat de energiebedrijven hierdoor oplopen, zal toch aangevuld moeten worden.
Energielabel auto
Ook auto's dragen een energielabel, in de klassen A tot en met G. Het gaat hierbij om het verbruik van brandstof, deze kan zeker twintig procent schelen tussen de hoge en de lage energieklasse. Minder brandstof verbruiken betekent niet alleen minder benzinekosten, maar ook minder uitstoot van CO2, wat weer ten goede komt aan het milieu. De gemiddelde klassen voor het energieverbruik van een auto ligt tussen de C en D. Een C-klasse is ongeveer tien procent zuiniger en een D juist tien procent onzuiniger. Een G-klasse verbruikt tot wel dertig procent meer.