Wat is crocidoliet, of blauwe asbest?
Crocidoliet is de commerciële naam waarmee de vezelvormige variant, ook wel asbestiform genoemd, van het mineraal riebeckiet wordt aangeduid. Vanwege de kenmerkende blauwe kleur van het vezelvormige mineraal is het materiaal beter bekend als blauw asbest. Het mineraal is in het verleden verwerkt in een groot aantal toepassingen, voornamelijk bouwproducten. Crocidoliet werd echter in de tweede helft van de twintigste eeuw beschouwd als de meeste schadelijke variant van asbest en het gebruik ervan is, behoudens een enkele uitzondering, sinds 1978 verboden in Nederland. Voor die tijd is het mineraal veelvuldig toegepast met als gevolg dat het in het begin van de eenentwintigste eeuw nog steeds in een groot aantal gebouwen en producten in Nederland voorkomt.
Opbouw en structuur
Crocidoliet is een vezelvormig inosilicaat dat ontstaat in een miljoenen jaren durend proces in de aardkorst door verschillende fases van metamorfose bij hoge temperaturen en druk. Door een afwijking in het proces van mineraalvorming ontstaat een vezelvormige variant van het mineraal riebeckite. Crocidoliet dankt zijn naam aan de Duitse geoloog Hausmann die het materiaal in 1831 vernoemde naar de combinatie van de oud-Griekse vertaling van 'krokis', wat wollig betekent, en steen 'lithos'. Crocidoliet bestaat uit lange ketens van kwarts tetraëders waaraan zich natrium en ijzer atomen hechten.
Eigenschappen
- chemische formule: Na2(Fe+23Fe+32)Si8O22(OH)2
- CAS-nummer: 12001-28-4
- kristalstelsel: Monoklien
- krashardheid: 4
- streepkleur: groenbruin
- dichtheid: 3,3
Plaatsen van voorkomen van crocidoliet
Crocidoliet kan verspreid over de gehele aardkorst in ijzerhoudend gesteente in de bodem worden aangetroffen, echter is het op maar een klein aantal plaatsen in economisch interessante concentraties gevonden. De grootste voorraden crocidoliet werden gewonnen in de noord-Westkaap en bij Pietersburg in Zuid-Afrika en in de regio Wittenoom in het westen van Australië. Ook in de Cochabamba provincie in Bolivia werden grote hoeveelheden van een iets afwijkende vorm van crocidoliet gewonnen, de productie werd hier voornamelijk voor de lokale markt gebruikt.
Winning van asbest
In totaal is circa 4 miljoen ton crocidoliet geproduceerd en daarmee nam crocidoliet 2,2% van de totale hoeveelheid gewonnen asbest voor zijn rekening waarmee het na chrysotiel (96%) de meest gewonnen asbestsoort was. Een van de grootste producenten van crocidoliet was Cape asbestos uit Zuid-Afrika. In 1805 werd het mineraal voor het eerst ontdekt in de omgeving van Prieska in Zuid-Afrika. Niet lang daarna begon de winning en exploitatie van het materiaal wat in die tijd een nogal arbeidsintensieve bezigheid was. Het moedergesteente en de asbestvezels werden destijds nog handmatig van elkaar gescheiden middels een hakhamer en zeef. Bij moderne mijnbouwtechnieken zijn grote graaf- en transportmachines onmisbaar.
Exploratie
Het begin van een winningstraject is de exploratiefase. Hierbij worden geschikt geachte gebieden visueel onderzocht op specifieke kenmerken die de aanwezigheid van asbestvoorraden kunnen aangeven. Via magnetisch onderzoek wordt getracht ijzerhoudend gesteente in kaart te brengen waarin zich asbestaders kunnen bevinden. Zodra gesteente wordt aangetroffen dat aan de vereisten voldoet wordt met behulp van boringen onderzocht of er asbestaders aanwezig zijn in de ondergrond. Zodra asbestaders zijn aangetroffen worden de boorlocaties uitgebreid om de ader in kaart te brengen. Verder wordt de concentratie asbest in het moedergesteente en de kwaliteit, lees vezellengte, vastgesteld om te bepalen of de opbrengst voldoende zal zijn om de winning commercieel interessant te maken.
Exploitatie
Na afronding van de exploratiefase kan worden begonnen met de exploitatie. Asbestwinning geschiedt in 80% van de gevallen in een open mijn (dagbouw). In deze mijnen wordt in de vorm van terrassen een steeds diepere gigantische kuil gegraven. Om het asbesthoudende gesteente bloot te leggen worden in eerste instantie explosieven gebruikt om het gesteente in kleinere handzame fracties te breken. Deze brokstukken worden met behulp van gigantische graafmachines en vrachtwagens uit de mijn getransporteerd naar een breekinstallatie waarbij de asbesthoudende brokstukken verder worden verkleind. Verdere verwerking vindt in een fabriek plaats die meestal in de directe omgeving van de mijn geplaatst is.
Verwerking
De steeds verder verkleinde brokstukken worden in de fabriek gescreend waarbij asbesthoudend gesteente wordt gescheiden van niet asbesthoudend gesteente. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van de magnetische eigenschappen van de verschillende gesteentes. Vervolgens wordt het asbesthoudend erts eerst gedroogd waarna verdere verkleining en scheiding plaats vindt. Scheiding van asbestvezels van overig gesteente gebeurt op basis van verschillen in dichtheid met behulp van ventilatoren waarbij de verschillende materialen via afzuiging worden afgevangen op verschillende niveaus. De afgescheiden asbestvezels worden verder ontdaan van zand en stof en ondergaan een kwaliteitscontrole.
Kwaliteitscontrole
De kwaliteit van de vezels is afhankelijk van de lengte. Langere vezels kunnen voor meer doeleinden worden toegepast en hebben daardoor een hogere economische waarde. De belangrijkste factor die de kwaliteit bepaald is dan ook de lengte van de vezels. Er zijn diverse tests en standaarden ontwikkeld waarbij met behulp van zeven de vezellengte wordt bepaald. De meeste standaarden die voor de productie van chrysotiel (wit asbest) zijn ontwikkeld zijn echter niet toepasbaar voor crocidoliet omdat crocidolietvezels gemiddeld veel langer zijn dan chrysotielvezels, crocidoliet heeft dan ook een eigen kwalificatiesysteem. Na afronding van de kwaliteitscontrole worden de asbestvezels in zakken verpakt en opgeslagen.
Toepassing van crocidoliet
Geschikte eigenschappen
Crocidolietvezels zijn relatief lang, langer dan de gemiddelde chrysotielvezel, en flexibel wat ze geschikt maakt voor gewoven producten zoals onder andere remvoeringen. Daarnaast hebben crocidolietvezels een grote treksterkte wat ze geschikt maakt voor de toepassing in asbestcement. Een ander gunstige eigenschap is de grote resistentie voor zuren die van pas komt bij de toepassing in waterleidingen. Crocidolietvezels zijn in verhouding tot andere asbestsoorten minder hittebestendig.
Producten
Crocidoliet is vooral verwerkt in bouwmaterialen, alhoewel het bij uitzondering ook in de isolatie industrie werd gebruikt. Vanaf 1932 tot eind jaren vijftig is blauw asbest gebruikt in 'limpet'. Deze door J.W.Roberts in Engeland gepatenteerde methode, om een mengsel van asbest en cement te verspuiten op stalen constructies om deze brandwerend te maken, is ook in Nederland veelvuldig gebruikt in gebouwen, industrie en scheepswerven. Crocidoliet vezels zijn tot midden jaren tachtig door eternit toegepast in de fabricage van perswaterleidingen. Ondanks een verbod op het gebruik van crocidoliet in 1978 wist eternit een ontheffing te regelen omdat er geen goede vervanger voor crocidoliet beschikbaar zou zijn. Daarvoor werden crocidolietvezels ook al toegevoegd aan andere asbestcementproducten zoals golfplaten en vlakke platen. Een van de meest opmerkelijke toepassingen van crocidoliet is wel de verwerking in sigarettenfilters van de 'micronite'-sigaretten die in de jaren vijftig door het sigarettenmerk Kent op de markt werden gebracht.
Gezondheidsrisico’s
Crocidoliet wordt vaak bestempeld als de meest schadelijke asbestsoort vanwege de vorm van de vezels. Een vezel met een lengte breedteverhouding van minimaal 3:1, met een maximale dikte van 3 µm en een lengte van minimaal 5 µm, worden geacht schade aan het longweefsel aan te kunnen richten en hiermee gezondheidsklachten te kunnen veroorzaken. De meeste crocidolietvezels voldoen aan deze criteria en zouden daarbij afsplitsingen hebben die op weerhaken lijken waarmee ze zich in longweefsel kunnen hechten. Ook de hoge weerstand tegen zuren, waardoor de vezels langzamer oplossen in vocht in de longvliezen, verhoogt het risico op gezondheidsschade door de vezels. Uit diverse wetenschappelijke onderzoeken die in verschillende landen zijn uitgevoerd is gebleken dat crocidoliet de meest voorkomende asbestsoort is in de longen van mesothelioompatiënten.
Milieuschade
Op plaatsen waar in het verleden crocidoliet werd gewonnen ligt het aantal sterfgevallen als gevolg van asbest gerelateerde ziektes als longkanker en mesothelioom erg hoog. Met name in de mijnbouwgebieden van Pieterburg en Prieska in Zuid-Afrika is de omgeving ernstig vervuild met asbesthoudende afvalstoffen uit de asbestmijnen. In de omgeving van Prieska zouden in 1991 al meer dan 3.000 mensen gestorven zijn aan de gevolgen van asbestblootstelling. De omgeving van de Australische plaats Wittenoom, waar vanaf 1939 tot 1967 ook een asbestmijn gesitueerd was waar crocidoliet werd gewonnen, is zelfs helemaal ontruimd. Enkele duizenden inwoners zijn door de overheid gedwongen vertrokken, slechts een handvol bewoners trok zich niets van dit bevel aan en is in het dorp blijven wonen. De overheid heeft echter alle basisvoorzieningen afgesloten en alle wegen zijn om het gebied heen geleid. Het dorp is officieel uit de administratie verdwenen.
Verbod op crocidoliet
In 1978 werd in Nederland het Asbestbesluit Warenwet van kracht. In dit besluit was een verbod op het gebruik van crocidoliet opgenomen. Crocidoliet werd hiermee de eerste asbestsoort die werd verboden in Nederland. Dit verbod was het resultaat van jarenlang onderzoek naar de schadelijke gevolgen van blootstelling aan asbest. Het gebruik van crocidoliet werd in de decennia daarna in steeds meer landen verboden. Als gevolg van de verboden op het gebruik van crocidoliet stortte de vraag in en daarmee eindigde ook de winning. In de eenentwintigste eeuw wordt er nergens ter wereld nog crocidoliet gebruikt.