Goedkoper een huis bouwen. De ruwbouw

Bouwen is steeds duurder. Maar aan de hand van enkele tips kan duizenden euro´s sparen op je budget. Bij het kiezen van het type fundering en bij het metsen van de ruwbouw, heb je steeds goedkopere alternatieven.

De fundering

Zorg in eerste instantie dat de ondergrond voldoende stabiel is. De bovenste laag van de ondergrond is vaak vrij zacht Als je dieper gaat wordt de grond harder. Soms is dat een dikke zandlaag, maar het kan evengoed leem, klei, krijt of mergel zijn. In ieder geval dient die ondergrond zo hard te zijn als beton. de keuze van de fundering zal dus afhangen van hoe diep die vaste grond te vinden is. Dit kan reeds op enkele centimeters zijn of op enkele meters diepte. Je kan al veel te weten komen over de ondergrond door te kijken in de omgeving, maar om het precies te weten voer je best een bodemonderzoek uit. Een kelder als fundering is altijd beter voor de stabiliteit dan een bodemplaat.

De steunmuren van de woning worden dan gedragen door de betonnen keldermuren, waardoor er minder speling kan optreden wanneer het huis zich uiteindelijk zal gaan "zetten". Naast een volwaardige kelder kan men kiezen voor een kruipkelder. Hierbij kan men altijd nog aan de ondergrondse leidingen, zonder te moeten graven. Als je echt geen budget voor een kelder hebt, kan je nog opteren voor paal-, put- of strokenfunderingen. Dit zijn volwaardige funderingen die een stuk goedkoper zijn dan een kelder, maar de steunmuren voldoende kunnen dragen. Bekijk op voorhand met de bouwfirma en de architect of het mogelijk is om zelf een deel van de graafwerken uit te voeren. Dit is hard werk, maar kan je wel een hoop geld besparen. Bekijk ook of er een bestemming gevonden kan worden voor de uitgegraven grond. Het afvoeren van deze grond kost erg veel geld.

De ruwbouw

Je kan het bouwproces opdelen in de ruwbouw en het afwerkingproces. De ruwbouwfase verloopt vaak erg snel en is ook goedkoper dan de afwerkingfase. Toch kan je ook hier nog een hoop geld besparen. In tegenstelling wat vele mensen denken, is prefab in bijna alle gevallen duurder dan een manueel bouwproces.

De goedkoopste ruwbouw is een manueel gemetste woning in een rechthoek, met conventionele rechthoekige raamuitsparingen en een reeks rechte binnenmuren. Men plaatst de woning in snelbouwsteen, hetgeen erg snel verloopt. Dan dien je de gevelsteen te kiezen. De goedkoopste buitenmuur is een snelbouwsteen met plaasterwerk, omdat hierbij het materiaal goedkoper is en minder werkuren vereist zijn.

Nog goedkoper is de snelbouwsteen langs de buitenzijde te vervangen door topargex, zodat er geen pleisterwerk meer op geplaatst dient te worden. Als je toch opteert voor een gevelsteen, kies dan een baksteen met een zo groot mogelijke dikte, zoals module 65 of meer. Die dikke bakstenen zijn per stuk duurder in aankoop, maar de totaalprijs komt vaak op hetzelfde neer en er zijn aanzienlijk minder werkuren vereist om ze te plaatsen. Als je zelf een beetje handig bent kan je op voorhand met je architect afspreken om de niet dragende binnenmuren zelf te plaatsen. Voor deze simpele en dunne binnenmuren is niet erg veel vakkennis vereist en beperkt zich meestal tot goed waterpas kunnen werken. Om achteraf problemen te voorkomen kan je best zelf spontaan de BTW uitnodigen met een aangetekende brief, om uw eigen aandeel in de bouw vast te stellen.

Tenslotte dien je nog te weten dat de plaatsing van een schouw redelijk duur is en dat een woning goedkoper wordt als het puntdak groter is en de gevel kleiner. Door het schuine dak verlies je wel wat ruimte in de kamers en vaak zijn er stedenbouwkundige voorschriften met betrekking tot de nokhoogte en hellingsgraad van het dak waarmee men rekening dient te houden.

Het dak

Een puntdak is goedkoper dan een plat dak, omdat men minder stenen muur nodig heeft voor hetzelfde aantal kamers. Wanneer een puntdak enkel benut wordt als zolderruimte, is een puntdak wel duurder. Een plat dak geeft vaker problemen met vocht en is moeilijker te isoleren. Je kan er later wel nog bovenop bouwen en je verliest geen hoofdruimte onder het dak. Puntdaken zijn over het algemeen wel mooier en zijn vaak zelfs stedenbouwkundig verplicht. De prijs van een puntdak wordt bepaald door de vorm van het dak (uitstulpingen, hoeken,...), de afwerking van schouwen en dakvensters en de keuze van de leien of dakpannen.

Grote leien vallen goedkoper uit dan kleine leien. Een stuk goedkoper dan leien en modern van uitstraling zijn de metalen golfplaten. Er bestaan zelfs golfplaten die reeds isolatie bevatten. Hierbij is niet alleen het materiaal goedkoper, de houten onderstructuur is eenvoudiger en goedkoper en het materiaal is veel sneller geplaatst. Bovendien zijn golfplaten volledig waterdicht. Een nadeel evenwel is dat golfplaten gevoeliger zijn voor mos. Bij de keuze van dakgoten, spreekt het voor zich dat pvc dakgoten goedkoper zijn dan dakgoten in zink of koper.

Buitenschrijnwerk

De woning is winddicht en klaar voor de afwerkingfase, eenmaal dat het buitenschrijnwerk is geplaatst. Je kan hierbij kiezen tussen ramen en deuren in pvc, hout of aluminium. Houten ramen zijn de goedkoopste, maar erg moeilijk te onderhouden. Bovendien dien je bovenop de goedkopere prijs, de meerkost van de vaak erg dure verfproducten bij te tellen. Elke 5 a 10 jaar dien je ze opnieuw af te schuren en te verven. Bovendien zijn ze gevoelig voor weer en wind. Over het algemeen zijn ze wel mooier en isoleren ze vaak beter. Pvc is tegenwoordig niet veel duerder meer en handiger in gebruik. Na enkele jaren zal de kleur lichtjes gaan "verschieten", waardoor ze minder mooi worden. Aluminium is de duurste van de drie, al is dit wel vaak de goedkoopste oplossing bij extreem grote constructies. Ze zijn erg sterk en kleurvast en onderhoudsvrij, maar is minder goed geïsoleerd.