Kamerplanten: zo verzorgen we onze orchideeën

Orchideeën spreken tot de verbeelding van zowat alle bloemenliefhebbers. Toch hebben deze exotische prachtbloeiers de kwalijke reputatie bijzonder moeilijk én veeleisend te zijn, en dit zowel op het vlak van verzorging als onderhoud. Hoe verwennen en verzorgen we nu deze schitterende kamerplanten, zoadat we ieder jaar weer met volle teugen van hun uitzonderlijke bloemenpracht kunnen genieten? Maar hoe krijgen we uitgebloemde orchideeën het volgend jaar weer in bloem?

Warme standplaats

De meerderheid der orchideeën, zoals de bij ons bijzonder populaire Phalaenopsis zijn afkomstig uit de tropische regenwouden. Vaak groeien ze op boomstammen, of in de oksels van takken. Orchideeën verkiezen bij voorkeur een warme en tochtvrije standplaats met zoveel mogelijk licht. Deze tropische bloemen houden echter niet van de volle zon. Dan lopen ze immers het gevaar dat hun bladeren zullen verbranden. Het temperatuurverschil tussen dag en nacht mag nooit hoger oplopen dan acht graden.

Luchtige potgrond tegen wortelrot

De wortels van onze orchideeën zijn erg gevoelig voor wortelrot. Wortels van orchideeën zijn immers bijzonder zwak en teer. Ze groeien uitsluitend in een luchtige, en goed gedraineerde potgrond. Kwaliteitspotgrond, aangevuld met stukjes dennenschors en veenblokjes, verdient de absolute voorkeur. Dennenschors en veenblokjes maken de potgrond van onze orchideeën bijzonder luchtig. Dat zorgt voor een optimale gezondheid van hun broze wortels. Deze zijn erg onderhevig aan wortelrot, meestal de doodsteek voor deze prachtige kamerplant.

Nieuw substraat na bloeiperiode

Onze orchideeën hebben eigenlijk geen nood aan klassieke porgrond. In de tropische regenwouden groeien ze immers tussen takken of op boomstammen, met hun wortels in de lucht. In vele gevallen staan ze bij ons in een voor orchideeën speciaal ontworpen substaat. Dat substraat is meestal een mengsel van boomschors, brokjes turf en/of kokos. We houden onze orchdeeën in een uitstekende conditie, door ze iedere twee jaar een nieuw substraat te geven, bij voorkeur na een bloeiperiode.

Vochtige atmosfeer

Bij de verzorging van onze orchideeën, houden we er zéker rekening mee dat deze bloemen uitsluitend goed gedijen in een vochtige atmosfeer. Een vochtige omgeving betekent echter zéker niet dat ze met hun wortels in 't water mogen staan, wel integendeel. De tere wortels van onze orchideeën kunnen absoluut niet tegen stilstaand water. Het water dat we toedienen, moet dus in staat zijn zo vlug mogelijk terug te vloeien. We gebruiken voor het gieten van onze orchideeën bij voorkeur regen- of flessenwater op kamertemperatuur. Leidingwater is uit den boze. Dit bevat immers té grote concentraties kalk en allerlei schadelijke zouten. We bezorgen onze orchideeën een échte opkikker door hun wortels, die buiten de pot groeien, regelmatig met regenwater te besproeien.

Vloeibare meststof met trage werking

In principe overleven orchideeën zonder extra voeding. Extra voedingsstoffen bevorderen echter hun groei en hun uitzonderlijke bloemenpracht. Tijdens de lente- en zomermaanden geven we ze iedere drie weken extra voeding. In de winter volstaat een weinig voedsel om de vier weken. Dan hebben ze in feite geen extra voedsel nodig, want dan komt hun groei tot stilstand. Op het vlak van hun voeding zijn orchideeën wél kieskeurig. Voor een langdurige én gezonde groei, verkiezen ze bij voorkeur een traag en zacht werkende meststof. Gebruik steeds een soort meststof die speciaal voor deze prachtige kamerplanten werd samengesteld. Deze bevat extra voedings- en sporenelementen, nodig voor de ontwikkeling van stevige, en gezonde wortels, glanzende bladeren en een lange bloemenpracht. Nog gemakkelijker zijn de speciale voedingsstaafjes, met voldoende voedingsstoffen voor een periode van maar liefst acht weken.

Uitgebloemde stengel niet helemaal wegknippen

Velen hebben heel wat problemen met het ieder jaar weer in bloem krijgen van hun orchideeën, en dan vooral van de bij ons zo populaire Phalaenopsis. Toch is dat niet zo moeilijk. Orchideeën zijn gemakkelijk weer in bloei te krijgen door hun uitgebloeide, en helemaal verdorde bloemstengel, niet helemaal weg te knippen. We laten daarbij drie ogen aan stengel. Deze ogen herkennen we gemakkelijk aan de verdikking op de bloemstengel van de orchidee. Uit één, en maximum twee van deze ogen, zullen uiteindelijk nieuwe bloemstengels groeien. Na een tweede bloeiperiode, doen we er goed aan de bloemstengel volledig weg te knippen en de orchidee te verpotten. Na het verwijderen van zijn bloemstengel en/of het verpotten, geven we hem een plaatsje waar het gemiddeld zo'n drie graden frisser is dan gewoonlijk. Een plaats op de vensterbank is dan zijn favoriete plekje. We laten onze orchidee daar staan, tot hij weer bloeit. We houden haar zéker uit de buurt van verwarmingstoestellen, radiatoren, kachels of open haarden.

Phalaenopsis erg populair

De Phalaenopsis is bij ons ongetwijfeld de meest populaire orchideeënsoort. Hij levert opvallend grote, en bijzonder kleurrijke bloemen op een lange, korte en vlezige steel. Bij een regelmatig en aangepast onderhoud, bloeit hij twee maanden lang en dit soms meerdere keren per jaar. Een van de minst veeleisende orchideeën is ongetwijfeld de Cymbidium die we gemakkelijk herkennen aan haar volumineuze en langwerpige bos bladeren en grote takken vol bloemen.