Het papiervisje
Door de kennis van het bouwen en ontwikkelen van tochtvrije en goed verwarmde gebouwen, heeft Nederland er een nieuw soort insectenplaag bij. Iedereen die te maken heeft met archieven, oude geschriften en meer van dat soort verzamelingen slaat de schrik om het hart als zij de naam Papiervisje horen. Dit is geen visje dat met een hengel te vangen is, maar een insect dat gaten eet in diverse soorten papier, nieuw of oud.
Algemeen
Een ramp voor iedere bibliotheek, archief, boekliefhebber, of verzamelaar van oude documenten. Wanneer deze mensen het papiervisje in huis hebben kunnen ze wel huilen. Hun hobby waar soms jaren aan gewerkt of naar gezocht is kan in korte tijd verdwenen zijn. Dit diertje is namelijk gek op papier, niet om in te nestelen, maar om op te eten.
Wat is het een papiervisje
De Latijnse naam voor het diertje is Ctenolepisma longicaudatum. Het papiervisje is een insect dat behoort tot de primitieve vleugelloze insectengroep der franjestaarten. De naam heeft het papiervisje te danken aan zijn manier van bewegen, snelle kronkelende bewegingen. Het vreet gaten in verschillende soorten papier. Het vormt hierdoor niet alleen een gevaar voor boeken, maar ook voor kunstcollecties. Het beestje leeft alleen binnenshuis, ook in Nederland. In verband met het toenemende comfort in moderne gebouwen is dit papiervisje aan een enorme opmars begonnen.
Hoe ziet het diertje eruit
In ieder geval is het met het blote oog te zien door een egaal donkergrijs schubbenkleed. Bij beschadigingen kan dit vlekkerig worden. Het heeft geen vleugels, is maximaal 12,5 mm lang, heeft twee lange antennes en drie staartdraden aan het achterlijf.
De eieren van dit ongedierte worden gelegd in hoopjes van max. 200 stuks, ongeveer 0,8 mm groot. Afhankelijk van de temperatuur waar de eitjes zich bevinden komen ze uit tussen de 4 weken en een half jaar. Is het kouder van 22° C dan komen de eitjes niet uit, de eventuele ontwikkeling van reeds bestaande visjes komt tot stilstand. Een papiervisje vervelt tot 13 keer, de levensverwachting is (afhankelijk van temperatuur en vochtigheid) 2 tot 3 jaar. Het liefst gedijen deze papiervisjes bij een temperatuur die schommelt tussen de 32° en 38° C, waarbij ze een aanzienlijk lagere temperatuur, langere tijd kunnen overleven.
Hoe leeft het visje
Dit lichtschuwe diertje leeft verstopt in naden, kieren, opgeslagen dozen, kasten, centraal verwarmde badkamers, toiletten, op zolder bij de cv ketel, boekenkasten en mogelijkerwijs tussen het isolatiemateriaal van dakbeschot. Het moet in ieder geval warm en droog zijn. Het voedt zich het liefst met papier zoals behang, postzegelverzamelingen, schilderijen, foto´s en boeken. Maar ook koolhydraten als zetmeel en suiker, eiwitten in de vorm van kleine dode insecten en soorten lijm die nodig zijn bij het inbinden van boeken.
Het papiervisje en Nederland
Al in 2002 werd het visje in Nederland voor het eerst gesignaleerd, maar werd verward met het reeds bestaande ovenvisje. Ongediertebestrijders noemen dit insect anno 2007 zelfs het plaagdier nummer 1. Vele steden en dorpen in ons land hebben al last van dit Papiervisje. In Australië is er al 70 jaar geleden onderzoek naar dit diertje gedaan.
Bestrijding van deze plaag
De snelle vermeerdering van de papiervis wordt tegengehouden door de temperatuur aan te passen naar < 22° C. Gaat men eenmaal bestrijden is het, bij een tussenwoning, vaak ook nodig de buurhuizen in deze bestrijding te betrekken. Willen de buurwoningen niet meewerken, is het mogelijk dat vanuit deze woning(en) de verspreiding opnieuw zou kunnen toeslaan.
Bestrijding is mogelijk door middel van:
- Het gebruik van insecticiden, waarbij een gas in de ruimte wordt gespoten waarvan de insecten doodgaan. Voor particuliere objecten een ideale methode, voor grote archieven onbruikbaar.
- Gammabestrijding, alle levende wezens worden gedood. Zeer effectief, want eventuele schimmels worden ook gedood. Het moet wel extern gebeuren, want gammastralen breekt in lichte mate de papiervezel af.
- Diepvriezen, de temperatuur wordt onder het nulpunt gebracht; papiervisjes, larven en eitjes worden gedood. Wanneer tussentijds de temperatuur verhoogd wordt, zullen eventuele eitjes gewoon uitkomen en moet er helemaal van voor af aan worden begonnen. Dit moet extern gebeuren.
In Nederland zijn diverse bedrijven gespecialiseerd in de bestrijding van deze plaag.