Je kledingkast opruimen: hoe doe je dat?
Heb je laatst weer nieuwe kleerhangers gekocht omdat alle hangers in de kast vol waren? Puilt je kledingkast uit en moet je bang zijn dat er dingen uit vallen als je hem open maakt? Is je kledingkast simpelweg te klein voor al je spullen? Geen nood, met de eenvoudige tips in dit artikel maak je binnen een paar uur schoon schip.
Zonder stereotype te willen zijn, zijn het toch vaak vrouwen die een volle klerenkast hebben omdat ze meer shoppen. Mannen hebben vaker een hekel aan winkelen en er komen dus gewoon minder nieuwe dingen bij. Of misschien had je eerst meer kastruimte en moet je het nu met minder stellen door een verhuizing of samenwonen. Wat de reden ook is, je wilt je kast beter organiseren en uitmesten.
Doelstelling
Voordat je begint, moet je jezelf een duidelijk einddoel stellen. Om je doel te bepalen, moet je weten hoe je wilt dat je kast eruit ziet. Sluit je ogen en probeer je voor te stellen hoe jouw ideale kast eruit ziet. Je hoeft absoluut niet te denken aan de kast die je nu hebt, het mag een complete droomkast zijn.
Denk bijvoorbeeld aan:
- Is het een kast met een gewone deur, schuifdeuren of misschien zelfs een walk-in?
- Is alles makkelijk te vinden?
- Hoe is alles georganiseerd: op kleur, soort, werk/thuis, setjes?
- Is er veel hang- of just legruimte?
- Wat voor kleren vullen de kast? Welke stijl, materiaal, kleuren?
- Waar staan je schoenen en accessoires?
Maak notities over je gedachten en wensen. Vraag jezelf ook af welke activiteiten je geregeld doet waarvoor je specifieke kleding nodig hebt, bijvoorbeeld sport, klusjes, dinertjes, etc. En welke activiteiten komen seizoensgebonden terug? Bijvoorbeeld skiën, carnaval en zwemmen.
Bekijk dan praktisch hoe je je huidige kast tot dat ideaalbeeld kunt omvormen. Misschien had je je een grotere kast voorgesteld, dus bedenk dan dat je met extra schappen of hangmandjes veel ruimte kan creëren. Als je tijd en geld hebt, kun je eventueel een nieuwe kast kopen of (laten) maken. Maar voordat je naar de winkel sprint, probeer eerst uit te komen met de kast die je nu hebt. Als je na het herorganiseren nog steeds echt te weinig ruimte hebt, dan kun je nog altijd een aankoop overwegen.
Selectie
Dit is het moment dat je waarschijnlijk het meeste tegenop keek, maar het is 100% nodig: je kleding selecteren. Geef jezelf twee tot drie uur hiervoor.
De eerste stap is zes grote dozen halen. Elke doos heeft een eigen functie die je er eventueel op kan schrijven:
- Nu: kleren die je terug in de kast moeten.
- Later: kleren die je nu niet aan kan, maar wel in een ander seizoen.
- Repareren: kleren die kapot zijn, maar die je nog kan (laten) repareren.
- Twijfel: kleren waarvan je niet weet waar ze voor dienen of wat je ermee moet doen. Doe zo min mogelijk spullen in deze doos.
- Weggeven: kleren die je aan anderen, een goed doel of de kringloopwinkel kan geven.
- Afval: kleren of andere prullen die je tegenkomt en niets meer waard zijn, zowel niet voor jou als voor een goed doel.
Stap twee is het leeghalen van de hele kast en het indelen van al je kleren, schoenen en accessoires in vier groepen: school/werk, spel, avondje uit en speciaal. In de speciaal groep horen spullen die je alleen op bijzondere momenten draagt, zoals verkleedkleren of skikleding.
De derde stap is al je kleding per groep stuk voor stuk bekijken. In welke doos kan die broek of trui? Het is heel belangrijk om hier eerlijk te zijn tegen jezelf.
- Wanneer heb ik dit voor het laatst aan gehad en waarom (niet)? Als dit meer dan een jaar geleden is, dan zul je het waarschijnlijk niet missen als je het weggeeft of -gooit. Misschien is het kapot of gekreukeld, dus doe het dan in de Repareren doos. Vraag je dan wel eerst af of het de tijd en moeite waard is van het repareren, want als dat niet zo is, moet het in Weggeven. Misschien wist je niet meer dat je dit had en ben je blij het gevonden te hebben, dan kan het in de Nu doos.
- Voel ik me prettig in dit kledingstuk? Als je het niet draagt omdat het niet lekker zit, omdat je er steeds aan zit te trekken of omdat het niet binnen je stijl past, houd er dan niet aan vast. Geef het aan anderen die er wel iets mee doen en dat geeft ook nog eens een goed gevoel.
- Staat het me goed? Vraag een goede, eerlijke vriend(in) om je hierbij te helpen, want iets waarvan jij meent dat het geweldig staat, kan door anderen heel anders ervaren worden. Maak geen ruzie als je vriend(in) iets negatiefs zegt, want hij/zij wil enkel voorkomen dat je een slecht figuur slaat. Goede vrienden kunnen elkaar toch alles zeggen? Eventueel kun je dit dus samen aanpakken: een zaterdagmiddag bij jou de kast uitmesten, een andere bij je vriend(in).
- Past het me nu? Misschien hoop je dat truitje nog te dragen als je bent afgevallen, maar je hoeft geen hele garderobe te bewaren voor die tijd. Mochten je afvalplannen lukken, dan wil je toch eigenlijk nieuwe kleren kopen? En waarschijnlijk is dat truitje dan toch uit de mode.
- Past het nog bij mijn huidige levensstijl? Als je voor je werk pakken moest dragen, maar nu thuis werkt of een andere baan hebt waarvoor dit niet nodig is, wat moet je er dan nog mee? Geef het door! Als het een activiteit is die je hebt opgegeven, waarom heb je de kleding dan nog? Doneer het aan de kringloopwinkel en maak anderen er blij mee. Als je skikleding hebt, maar momenteel geen geld voor skivakantie, vraag je dan af of je dit nog bewaren wilt. Mocht de tijd van skivakanties terug komen, dan kun je altijd nog kleding lenen of huren.
- Is het nu draagbaar? Een zomerbroek hoeft niet vooraan in je kast te liggen als het winter is. Doe het in de Later doos als je het nu niet aan kan, in de Repareren doos als het kapot is, in de Afval doos als het waardeloos is (bijvoorbeeld een sok waarvan de tweede kwijt is, uitgerekt ondergoed of kleding met vlekken die er niet uit komen).
- Is het moeilijk te dragen? Hier gaat het bijvoorbeeld om fijne kleding zoals zijde. Als je het niet draagt omdat je bang bent dat het kapot gaat, is het geen kledingstuk, maar een pronkstuk. Hang het ergens neer als decoratie of kom over die angst heen en draag het. Doe je geen van beiden, geef het dan weg. Hetzelfde geldt als het je te veel tijd of moeite kost om het schoon te houden, bijvoorbeeld omdat je het met de hand moet wassen.
- Heb ik bijpassende kleding? Als je een broek hebt in een bijzondere kleur, maar geen trui of shirt die erbij past, wat moet je er dan mee? Tenzij je met een nieuwe aankoop het setje compleet kan maken, heb je er niets aan.
- Heb ik nog meer van dit soort kledingstukken? Als je voor je werk een witte blouse moet dragen, dan wil je er natuurlijk meerdere van hebben, maar wat is het nut van tien oude shirts voor vieze klusjes? Bewaar de beste twee en geef of gooi de rest weg. Je kunt oude kledingstukken een tweede leven geven als poetslap!
Mocht je veel kleding in de Twijfel doos hebben, ga hier dan nogmaals doorheen. Als je deze kleren leuk vindt, ze je passen, van goede kwaliteit zijn en geen reparatie nodig hebben, vraag je dan af waarom je ze niet vaak draagt. Misschien past er niets bij. Leg het dan opzij totdat je iets hebt wat erbij past. Houd wat overblijft in de doos en zet deze een week of twee aan de kant. Als je het kledingstuk in die tijd niet hebt aangeraakt, dan kun je het met een gerust hart weggeven.
Op het moment dat je de eerste groep kleren klaar hebt, haal de Nu en Later dozen leeg en leg die kleding apart. Herhaal dan dit ritueel voor de andere drie groepen.
Als je alle kleding hebt geëvalueerd, wacht niet lang met het weggooien, repareren of weggeven. Doe de kleding die je weggooit direct in een vuilniszak en knoop hem dicht. Als je geen tijd hebt om de kleding zelf te repareren, laat het dan doen (als je het geld hebt). Wil je het zelf doen, plan dan tijd op een doordeweekse avond die anders besteed zou zijn aan televisiekijken. Als er toch niets interessants te zien is, waarom zou je dan niet iets nuttigs doen?
Kleding weggeven kan op verschillende manieren. Kerkgemeenschappen hebben vaak lopende inzamelingsacties of anders zijn er containers voor kleding en schoenen. Kringloopwinkels of tweedehandskledingwinkels accepteren ook donaties. Misschien heb je een plastic tas van een speciale actie ontvangen tussen de wekelijkse folders en kan alles daarmee mee. Let op dat je niet wacht totdat zo’n tas in je brievenbus valt, want dat des te langer je wacht, des te groter de kans dat je kleding haar weg terugvindt naar je kast!
Indeling
Als je de stappen goed hebt doorlopen, heb je nu acht stapels kleding: een stapel Nu en een stapel Later voor elke groep. We gaan nu deze kleding terugleggen in je kast.
Afhankelijk van hoeveel kleren je nog hebt, de grootte van je kast en je eigen smaak, kun je de kast op verschillende manieren organiseren: op groep (werk/school, spel en avondje uit), op kleur of op functie (broeken bij elkaar, sokken bij elkaar, truien bij elkaar, etc.). Welke organisatie je ook kiest, zorg altijd dat de kleding die je nu nodig hebt vooraan ligt. Alles wat uit de Later doos komt, moet achteraan liggen, op het hoogste schap of misschien zelfs in een andere kast of op zolder. Kleding uit de speciaal groep hoeft niet per se in jouw kledingkast te liggen, maar kan naar de zolder of in een doos. Als het wel de kast in gaat, leg het dan zo ver mogelijk weg.
Uiteraard kun je verschillende soorten organisatie combineren. De meeste mensen willen hun ondergoed of sokken bij elkaar houden en niet scheiden in verschillende groepen. Zelf heb ik niet veel kastruimte, dus naast een la met sokken en een mand voor ondergoed heb ik vijf groepen. In de zomer: (1) winter, (2) rokken en korte broeken (3) shirts en truitjes (4) lange zomerbroeken. In de winter: (1) zomer, (2) lange broeken, (3) truien en vesten, (4) zomershirts die in combinatie met een vest of trui toch nog gedragen kunnen worden. De vijfde groep is constant: sportkleding. Ik heb geen scheiding naar kleren voor een avondje uit, omdat ik voor mijn werk al nette kleding moet dragen. Een simpele rok die ik ook tijdens het werk draag met een vrolijk zomertruitje zijn voor mij dan al voldoende. Ik heb weinig jassen, dus mijn winter- en zomerjassen hangen altijd gebroederlijk naast elkaar. Mocht je hiervoor geen ruimte hebben, overweeg dan om de jassen die niet in seizoen zijn in een doos te leggen.
Evaluatie en vervolg
Nu je de hele kledingkast hebt aangepakt, is het tijd voor evaluatie.
- Heb je manden, bakken, la-delers of andere simpele zaken nodig om je organisatie in stand te houden? Koop ze dan zo snel mogelijk.
- Is er veel ruimte over in het hanggedeelte? Misschien kun je een tweede stang installeren waardoor je meer schappen kan maken. Meet altijd eerste je langste kledingstuk.
- Welke kledingstukken ontbreken in je garderobe? Schrijf dit op en neem dat briefje mee de volgende keer dat je gaat shoppen.
Je hebt nu zoveel moeite gedaan om je kast te organiseren. Je hebt afstand gedaan van kledingstukken en dat was niet altijd even makkelijk. Je verdient nu dus een beloning! Beloon jezelf voor al je harde werk met iets wat jij leuk vindt: relaxen, een goed boek lezen, chatten, koffie drinken met vrienden, uit eten, tuinieren, enz. Beloon jezelf niet met shoppen, want misschien denk je nu dat al die ruimte zo snel mogelijk weer opgevuld moet worden!
Het moeilijkste ligt nu achter je, maar het houdt niet op. Om je kast zo mooi en georganiseerd te houden, moet je er constant een beetje aan werken:
- Gooi nooit meer iets zomaar, onopgevouwen in de kast.
- Leg nooit meer ongewassen kleding in de kast.
- Leg alles terug op de plek die je het hebt toegewezen.
- Repareer kapotte kleding zodra je er tijd voor hebt.
- Als de seizoenen wisselen, wisselt je garderobe. Grijp dit moment aan om alleen kleren weg te leggen die je het volgende seizoen ook echt zal dragen.
- Een vlek in je favoriete blouse? Dat is erg jammer, maar als hij er niet uit komt, heb je niets meer aan die blouse.
- Spreek eventueel met jezelf af: er mag alleen iets bij als iets anders vertrekt.