Makkelijke kamerplanten: de Crassula
Je wil graag een mooie kamerplant in huis maar je hebt helaas geen groene vingers...Geen nood! Er zijn een aantal kamerplanten die heel weinig verzorging nodig hebben. Ook bij iemand die weinig of niets van planten kent, voelen ze zich opperbest. De Crassula is zo'n overlever, een kamerplant die het zonder veel aandacht kan stellen. En bovendien is hij heel decoratief.
Beschrijving
De Crassula is een plantengeslacht uit de vetplantenfamilie
Crassulaceae. Vetplanten of succulenten zijn in staat om als het regent vocht op te slaan als reserve voor droge periodes. Sommige succulenten slaan vocht op in de stengel, andere in de wortels en weer andere in het blad. De Crassula is zo'n bladsucculent. Vandaar ook de naam van dit plantengeslacht:
crassus is het Latijnse woord voor
dik, vlezig. De Crassula telt ongeveer 300 soorten die oorspronkelijk afkomstig zijn van Zuid-Afrika maar ze zijn ook terug te vinden aan de oostkust van Afrika en in Madagaskar. Ze groeien in allerlei vormen, van lage plantjes die maar 2 cm hoog worden tot boomachtige soorten van enkele meters hoog. Sommige bloeien maar één keer, andere soorten bloeien elk jaar. De bladeren van de Crassula zijn vlezig en dik, en vaak met haren of met een waslaagje bedekt. Ze zijn meestal één na één boven elkaar opgestapeld en staan tegenover elkaar. Als kamerplant komt de Crassula zelden tot bloei. Bij oudere planten en planten die in de zomer buiten staan heb je meer kans op bloemen. De Crassula bloeit in de winter en de bloemen zijn meestal klein en wit of rozig.
Standplaats van de Crassula
Licht en zon zijn heel belangrijk voor de Crassula. Als hij te donker staat, gaan de blaadjes afvallen. Kies dus een zonnige plaats, de plant gedijt goed als hij 4 uur of meer zonlicht krijgt. Alleen de lichtgroene soorten verdragen geen felle zomerzon, de blaadjes kunnen dan verbranden. In de zomer mag hij zeker in de tuin, in een pot of in de volle grond. In de rustperiode in de winter moet hij op een droge, koele plaats staan, dat wil zeggen een temperatuur van rond 8°. De lage temperatuur bevordert de bloei. Ook tijdens de rustperiode heeft de Crassula veel licht nodig.
Verzorging van de Crassula
Zoals alle succulenten heeft de Crassula weinig water nodig. Deze planten slaan zelf vocht op in de blaadjes en bovendien ligt er op de blaadjes een soort vetlaagje waardoor ze minder water verdampen. Laat de kluit eerst helemaal opdrogen vóór elke gietbeurt. De kluit moet dus zowel boven als onderaan droog zijn. Dan pas mag je royaal gieten zodat de kluit zich helemaal volzuigt met water. Daarmee kan de Crassula dan weer enkele weken verder. Er mag zeker geen water blijven staan in de sierpot of in het schoteltje onder de pot. Zanderige potgrond is goed omdat die het water beter opneemt en snel opdroogt. In de rustperiode (van eind oktober tot februari) hangt de hoeveelheid water af van de luchtvochtigheid en van de temperatuur. Als hij heel koel staat kan hij gedurende de hele rustperiode zonder water. Blijft hij in de winter toch in een matig verwarmde kamer staan waar de lucht droog is, dan kan je hem af en toe een beetje water geven, maar zeker minder dan in de zomer. De kluit mag zich niet meer helemaal volzuigen. Als de blaadjes een beetje gaan rimpelen is dat een teken dat de plant te droog staat. Voor de Crassula is te veel water geven in ieder geval slechter dan te weinig water. Een ideale plant dus voor wie wel eens vergeet te gieten. Ook droge lucht overleeft deze sterke plant wel. Sproeien hoeft niet maar het mag af en toe, zo kan je het stof verwijderen van de blaadjes.
De Crassula groeit traag en heeft bijgevolg niet zoveel voeding nodig. Om de drie maanden voeding geven is voldoende. Voeg vloeibare plantenvoeding toe aan het gietwater maar neem de helft van de op de verpakking aangegeven dosis.
Wanneer verpotten?
Bij het begin van de groeiperiode (eind februari) kan de Crassula verpot worden. Kies bij voorkeur een vrij brede, ondiepe pot. Verwijder voorzichtig de grond van de wortels en zet de plant dan in de nieuwe pot. Voeg aan universele potgrond wat zand of hydrokorrels toe om een betere afwatering te verkrijgen. Na het verpotten zo weinig mogelijk gieten anders kunnen beschadigde wortels zich niet herstellen en gaan ze rotten.
Een Crassula vermeerderen
Vermeerderen kan heel eenvoudig door bladstek. Neem blaadjes van de ouderlijke plant en steek ze in verse potgrond. De blaadjes zullen gaan wortelen en zo groeien vanzelf weer nieuwe plantjes.
Populaire Crassula-soorten
- Crassula arborescens: een struikachtige plant met een dikke stam en veel vertakkingen. In de vrije natuur kan hij tot 3 meter hoog worden. De blaadjes zijn zilverachtig groen en ze hebben een rood randje en donkere puntjes aan de bovenzijde. De bladeren zijn niet behaard.
- Crassula ovata: mooi vertakte plant met dikke stam en grijsgroene ovale bladeren, soms ook rood omrand zoals bij de Crassula arborescens.
Nieuwe plantjes