Ontrommelen: in 15 minuten per dag naar een opgeruimd huis
Struikel je dagelijks over je spullen, moet je eerst je eettafel leeg halen voordat je eraan kunt eten, ben je steeds je sleutels kwijt, voel je je onrustig en opgejaagd in je eigen woning of droom je stiekem van een huis zoals je die in tijdschriften ziet? Dan wordt het tijd om op te ruimen, te ontrommelen, tijd om dingen los te laten. Door het volgen van een stappenplan kun je ook zo'n opgeruimd huis krijgen, door er slechts 15 minuten per dag aan te besteden!
Chaos in je huis geeft chaos in je hoofd: een gezegde met een grote kern van waarheid. Als je last hebt van de rommel in je huis, voel je je niet fijn en kom je niet (goed) tot rust. Dan wordt het niet alleen tijd om op te ruimen, maar ook om dingen weg te doen: weg te gooien, weg te geven of zelfs te verkopen. Maar hoe en vooral ‘waar’ begin je nou aan dit proces in een omgeving waarin je waarschijnlijk door de bomen het bos niet meer kunt zien, of beter, door de rommel de ruimte? Wanhoop niet, daar kom je zo meer over te weten, nadat je eerst kennis hebt gemaakt met deze belangrijke regels die je naar je opgeruimde huis zullen leiden:
Alles heeft een plek en er is een plek voor alles
Dit is de belangrijkste regel die geldt bij het opruimen. Als spullen immers een eigen plek hebben, wordt het een fluitje van een cent deze weer op hun eigen plek op te bergen. Overigens betekent dit niet dat je verplicht alles achter (kast)deuren of in lades moet wegbergen. Je lievelingsvaas, de foto van oma of je messenset kunnen immers heel goed een eigen plek hebben in het zicht, bijvoorbeeld op je vensterbank of op het aanrecht. Als jij maar tevreden bent met de plek waarop je deze items hebt uitgestald.
(Bijna) niemand heeft een tekort aan opbergruimte
Veel mensen maken de fout door als eerste stap naar een opgeruimd huis in de auto of op de fiets te springen en als een dolle opruimers, zoals bakken, mappen en zelfs kastjes te gaan kopen. Dat is een slecht idee, want je zult zien dat rommel zich niet ‘laat vangen’ in bakken of kastjes. Zodra je een bak, map of kastje hebt gevuld met je spullen, zal de leeggekomen plek zich binnen de kortste keren weer vullen met nieuwe ‘dingen’ en begint de ellende weer van voren af aan. Zelfs een groter huis is niet de oplossing, die slipt namelijk ook gewoon weer vol. Want geloof me, de meeste huizen hebben geen gebrek aan opbergruimte, maar ‘lijden’ gewoon onder een teveel aan spullen. Je kunt heel simpel testen of jouw huishouden ook lijdt aan een teveel aan spullen: zodra spullen je in de weg staan en je niet meer weet waar je ermee heen moet, met andere woorden die spullen hebben geen eigen plek, heb je teveel. Simpel toch? En zeg nou eerlijk, diep in je hart wist je dat toch ook wel?
Eén erin, één eruit
Deze stelregel kun je op (bijna) alle dingen loslaten. Koop je dus een nieuw paar schoenen, dan moet er een ander paar het huis uit. Zo voorkom je in ieder geval dat je nog meer spullen in huis krijgt. De consequentie van ook iets moeten wegdoen bij de aanschaf van een nieuwe/andere, is dat je je eerder gaat afvragen of je dat nieuwe item wel écht nodig hebt. Als je net begonnen bent met ontrommelen kun je natuurlijk ook ‘één erin, twee eruit’ of drie of vier ‘eruit’ aanhouden. Dan neemt de hoeveelheid spullen in je huis namelijk ‘ongemerkt’ steeds verder af.
Eén is (meestal) genoeg
Er zijn een heleboel spullen waarvan je niet meer dan één exemplaar echt nodig hebt (en soms zelfs ook die ene niet). Wen jezelf er daarom aan om je tijdens het opruimen steeds af te vragen: “heb ik meerdere exemplaren van dit artikel?” Is het antwoord daarop bevestigend, vraag je dan af of je écht meerdere exemplaren nodig hebt en kies vervolgens de mooiste, de beste of het leukste exemplaar uit om te houden en geef of gooi de anderen weg. Heel veel keukenspullen zoals kurkentrekkers, appelboren, pizzasnijders, et cetera vallen onder de ‘één is genoeg’categorie. Van zaken als olijvenschaaltjes, wijnthermometers enzovoort, is het nog maar de vraag of je er daar überhaupt één van moet (willen) bewaren!
Ontrommelen
Ontrommelen houdt dus niet alleen in opruimen, maar ook –en in de meeste gevallen vooral- wegdoen van spullen. Wegdoen kan overigens betekenen weggooien, weggeven of zelfs verkopen van je spullen, maar daarover later meer. Wegdoen is nodig, je kunt immers niet alles bewaren. Stel je bijvoorbeeld eens voor dat je alle kleding vanaf je geboorte nog in je bezit zou hebben, hoeveel extra ruimte zou dat dan innemen? De grootte van een extra kamer, of twee of misschien zelfs wel van een heel huis? Voor overbodige spullen ..., daar moet je toch eigenlijk niet aan denken! Weet je meteen waarom spullen wegdoen noodzakelijk is.
Laten we beginnen
‘Ja ja, hoor ik je denken. Mijn huis kraakt en zucht onder de spullen en ik moet daar heel nodig wat aan doen. Wanneer beginnen we nou?’ Nou, wat denk je van nu? Of vanavond, als je kinderen op bed liggen? Wanneer het jou uitkomt. Maar, rustig aan: de ‘rommel’ in je huis is niet in één dag ontstaan en verwacht daarom ook niet dat je alles in een middag of zelfs week kunt rechtzetten. Als je tien tot vijftien minuten per dag besteedt aan ‘ontrommelen’, dan ben je voor je het weet op weg naar een meer georganiseerder leven. Begin daarom simpel, bijvoorbeeld met de rommellade. Trek deze –als dat kan- uit het kastje of uit het keukenblok en zet hem op de keukentafel. Kiep hem eventueel om en leg alleen die spullen terug die je regelmatig gebruikt én in die la horen. Denk aan de ‘één is genoeg’regel! Spullen die je wel wilt bewaren maar niet in die lade thuishoren, leg je even apart en breng je aan het eind weg naar hun eigen plek. De spullen die op de tafel overblijven kunnen dus weg en kun je eventueel splitsen in spullen die meteen de afvalbak in kunnen (want kapot, over de datum, privé of nutteloos voor anderen) en spullen die nog een tweede leven verdienen. Doe deze laatste in een aparte zak en zet die alvast in je auto of bij je fiets, zodat je ze zo snel mogelijk kunt afgeven bij bijvoorbeeld de kringloop en deze overbodige spullen ook echt je huis uit zijn. Heb je ernstige twijfel of je bepaalde dingen in je keukenla toch niet nodig zult hebben, dan kun je deze items ook in een aparte doos doen en even wegzetten. Blijk je in de komende tijd dat item toch nodig te hebben dan haal je het uit de doos, gebruik het en leg het weer in de keukenla. Aan het eind van de maand bekijk je de items die toch nog in de doos zijn achtergebleven: deze dingen gebruik je dus niet of nauwelijks en kunnen dus alsnog weg!
Het volgende project
De kop is eraf, één lade is uitgezocht en de eerste rommel is weggegooid! Geniet van de extra ruimte die dat geeft. Morgen -of overmorgen als dat beter uitkomt- is er weer een dag en heb je vast wel vijftien minuten over voor het volgende project. Wat dat volgende project is? Wat jij maar wilt, als het maar klein en daardoor een behapbaar project is. Denk bijvoorbeeld aan het uitzoeken en opruimen van de rommel onder je bed of zoek je mokken en glazen eens uit. Gooi daarbij alles weg wat kapot, gebarsten of geschilferd is en hou alleen datgene wat jij mooi vindt of handig is. Wedden dat je misschien maar de helft ervan overhoudt? Het kost je misschien vijftien minuten, maar je beloning is zoveel groter: ruimte en overzichtelijkheid!!! Heb je moeite met het bedenken van korte projecten kijk dan eens op internet: het web staat vol met sites die je handige tips geven of je opruimprojecten in de vorm van ‘opdrachten’ aanbieden. Neem bijvoorbeeld eens een kijkje op: de Engelstalige 31days2getorganized (met handige youtubefilmpjes!) of doe mee aan de D’ruitdaging van Yourganize.
Rommelblind
Als je langer tegen bepaalde dingen aankijkt, dan zie je deze niet meer. Haal daarom eens alles van je eettafel, aanrecht of vensterbank af en bekijk alles stuk voor stuk eens met andere ogen. Vraag je bij ieder voorwerp af of het iets is wat je mooi vindt, gebruikt of waar je van houdt. Is het antwoord op (één van) deze vragen ‘Ja’ dan mag het voorwerp blijven, maar vraag je je dan onmiddellijk af of het voorwerp wel op de goede plek staat of dat het elders veel beter tot zijn recht zou komen. Is het antwoord op de eerder genoemde vragen ‘Nee’ dan mag het weg.
Samenvattend:
- Alles heeft een plek en er is een plek voor alles;
- Rommel ontstaat door een teveel aan spullen, niet door een gebrek aan opbergruimte;
- Eén erin, één eruit: deze stelregel kun je op (bijna) alle dingen loslaten. Koop je dus een nieuw paar schoenen, dan moet er een ander paar het huis uit. Zo voorkom je in ieder geval dat het aantal spullen in je huis toeneemt;
- Eén is (meestal) genoeg. In heel veel gevallen heb je aan één exemplaar van een bepaald voorwerp genoeg en is er geen reden om vast te houden aan extra exemplaren. Kies daarom de mooiste of de beste (pizzasnijder, kaasschaaf, cocktailshaker, olijvenbakje, et cetera) uit en geef of gooi de andere exemplaren weg.
- Ontrommelen doe je door niet alleen spullen een eigen plek te geven, maar –vooral- door spullen weg te doen;
- Als je niet weet waar te beginnen, verdeel het probleemgebied dan in stukjes. Je hoeft niet meteen een hele kamer op te ruimen, maar begin eens met een la, een vensterbank of zelfs een hoekje van de tafel. Vele kleine stukjes maken ook een grote.