Knolselderij, dat is lekker en gezond
Groentes eten is gezond want groentes bevatten allerlei belangrijke en noodzakelijke voedingsstoffen. Een van de groentes met een lekkere en gezonde traditie is selderij, de knolvariant daarvan is knolselderij. Knolselderij werd medicinaal gebruikt, maar dient ook als voedsel. Velen hebben met knolselderij en selderij een associatie met soep.
Knolselderij
Van knolselderij (botanische naam:
Apium graveolens var. Rapaceum) heb je twee soorten: je hebt
langloofrassen en je hebt
kortloofrassen. De naam geeft het al aan, de ene groep heeft wat langere bladeren dan de andere groep. Selderij en knolselderij zijn in feite twee varianten van hetzelfde gewas. Het verschil zit hem, ook hier geeft de naam het al aan, in de knol, die bij knolselderij net boven de grond wordt gevormd. Deze knol kan ongeveer tien centimeter in doorsnede worden. De smaak van selderij en knolselderij is nagenoeg hetzelfde. In plaats van selderij en knolselderij zie je ook vaak een andere schrijfwijze: selderie en knolselderie.
Oorsprong van de selderij
Zo’n tweeduizend jaar geleden waren selderijvarianten al bekend in de landen rond de Middellandse zee. Rond de middeleeuwen raakt de plant ook in onze streken bekend, in eerste instantie vooral vanwege de geneeskrachtige werking. Het zou ongeveer tot de achttiende eeuw duren, voor de selderij en de knolselderij ook als groenten op het bordje terecht zouden komen.
Knolselderij in je eigen tuin
Knolselderij, en dat geldt trouwens ook voor gewone selderij, is prima in de eigen tuin te kweken. De plant is in principe éénjarig, wat betekent dat je in elk jaar opnieuw zult moeten inzaaien. De langloofrassen kun je zaaien vanaf eind februari of begin maart. De kortloofvarianten komen wat later aan de beurt, deze kun je vanaf half maart tot begin april inzaaien. Selderij is een lichtkiemer, wat betekent, dat het zaad licht nodig heeft om te kunnen ontkiemen. En dat betekent weer, dat je oppervlakkig moet zaaien, zodat het licht er ook bij kan. Bedek de zaadjes dus niet met een dikke laag zand, dan krijgen de zaadjes nauwelijks de kans. Ongeveer een maand of drie na het inzaaien kunnen de plantjes op een onderlinge afstand van 50 centimeter worden uitgeplant.
Pas op voor ziekten
Als je knolselderij teelt, kun je te maken krijgen met enkele ziekten, bijvoorbeeld de door schimmels veroorzaakte bladvlekkenziekte, schurft of hartrot. Bij de laatste beginnen de problemen bij de voet van de bladeren, maar ook de knol zal vervolgens aangetast raken.
Oogsten
Knolselderij vormt net boven de grond een bol van ongeveer tien centimeter doorsnede. De planten kunnen eind oktober of begin november worden geoogst. De knol kan worden gegeten, maar dat geldt ook de bladeren.
Gebruik
Selderij wordt veel gebruikt in soepen, maar is ook prima als groente op tafel te zetten. Naast het gebruik als voedsel, worden aan knolselderij ook geneeskrachtige werkingen toegeschreven. Zo zou het bloedzuiverend werken, hoest verminderen en als algeheel versterkend middel dienst kunnen doen. Kortom: knolselderij is lekker en gezond!