Woningaanpassing: WVG en WMO
Wie gehandicapt raakt, kan een woningaanpassing nodig hebben. De regelingen met betrekking tot zo'n woningaanpassing zijn per 1 januari 2007, de invoering van de WMO, veranderd. Die verschillen kunnen vreemd uitpakken, daarom heb ik ze even voor u op een rijtje gezet. Over woningaanpassingen voor gehandicapten kun je een boek volschrijven, dus dit artikel is niet volledig...
WVG
De WVG, de Wet Voorzieningen Gehandicapten, is van 1994. De WMO is 1 januari 2007 ingevoerd.
Verschillen
WVG | WMO |
Zorgplicht | Compensatiebeginsel |
Verhuisprimaat. Dit betekent dat de gemeente pas tot een woningaanpassing mocht besluiten als er geen andere mogelijkheid was. | Naast het verhuisprimaat het primaat van de losse unit. Dit betekent dat als een verhuizing niet mogelijk is, er gekozen wordt een losse unit aan het huis te bouwen. Pas als dat echt niet kan, mag iets anders besloten worden. Maar een losse unit is ontworpen als tijdelijke voorziening... |
Individuele voorziening | Mogelijkheid algemene voorliggende voorzieningen te scheppen. Bijvoorbeeld een maaltijdvoorziening in plaats van een aangepaste keuken. Dit kan dus ten koste van de zelfredzaamheid gaan. |
Gemeenten konden dure woningaanpassingen declareren bij het rijk. | Dure woningaanpassingen kunnen niet meer bij het rijk gedeclareerd worden. Het geld dat hiervoor beschikbaar was is via het Gemeentefonds verdeeld over alle gemeenten. Met als resultaat dat een gemeente er alle belang bij heeft een strikt beleid en een hoge drempel te hanteren. |
PGB
Daarnaast biedt de WMO de mogelijkheid van het persoonsgebonden budget voor voorzieningen. U kunt in principe de woningaanpassing dan zelf regelen. Maar of dit 'werkt' is nog maar zeer de vraag, want de gemeente kan goedkoper inkopen dan u voor elkaar krijgt, dus waarschijnlijk is dat PGB veel te laag.
Wat verder van belang is
- De WVG kende een regel dat gekozen moest worden voor de goedkoopste oplossing die het probleem verhielp. Die regel geldt onder de WMO ook.
- De voorziening is alleen gericht op het opheffen van ergonomische belemmeringen in elementaire woonsituaties. Dat betekent dat de gemeente het u wel toestaat te slapen, te eten, te wassen of gewassen te worden en te verblijven en te bewegen, maar....er wordt geen rekening gehouden met hobby's en werk.
- De voorziening moet langere tijd nodig zijn. U krijgt dus geen woningaanpassing als u een ongeluk hebt gehad en weer kunt herstellen.
Achteraf
Vergoedingen worden nooit achteraf gegeven.
Algemeen gebruikelijk en meerkosten
Zaken die 'algemeen gebruikelijk' zijn worden niet vergoed. Helaas staat niet beschreven wat 'algemeen gebruikelijk' is, dus u mag verwachten dat als u iets wilt, de ambtenaar van mening is dat u iets wilt dat algemeen gebruikelijk is en geen reden tot een vergoeding zal zien. 'Algemeen gebruikelijk' staat beschreven als: 'voorzieningen, waarover de aanvrager, gezien zijn individuele situatie, ook zonder zijn handicap of beperking, zou kunnen beschikken en
- die in de reguliere handel verkrijgbaar zijn
- die niet special voor gehandicapten bedoeld zijn
- die niet aanzienlijk duurder zijn dan vergelijkbare producten met hetzelfde doel.
Meerkosten zijn extra kosten ten opzichte van een niet-gehandicapte. Dat betekent dat u slechts een deel vergoed zult krijgen.
De strategie
- Als u een woningaanpassing nodig hebt, kunt u een aanvraag bij uw gemeente indienen. Uw gemeente huurt dan een bouwkundig adviseur in. Deze adviseur werkt dan voor de gemeente en dat is niet altijd maximaal in uw belang.
- U kunt ook zelf een bouwkundig adviseur inhuren. Zoek dan iemand die verstand heeft van aangepaste woningen.
- Zorg dat u alle afspraken op schrift hebt. Ambtenaren kunnen hier soms gemakkelijk over doen en zeggen dat het wel goed komt, maar als het niet goed komt zit u met de gebakken peren.
- Zorg dat u kopieën hebt van alle stukken van het dossier dat de gemeente over uw woningaanpassing heeft.
- Let erop dat een ruimte niet groter en niet kleiner is dan nodig. Denk hierbij ook aan allerlei apparatuur die er nog niet is, maar die iets later wel nodig kan zijn, zoals beademingsapparatuur en een tillift.
- Denk aan voldoende stroomaansluitingen.